les 7 B6 en B8 thema 6

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je schrift en etui op tafel leggen.
LAPTOP NOG EVEN UITLATEN.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.

timer
1:00
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je schrift en etui op tafel leggen.
LAPTOP NOG EVEN UITLATEN.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.

timer
1:00

Slide 1 - Slide

Deze les
-Terugblik B5 en B7 thema 6
-Uitleg nieuwe doelen thema 6 B6 en B8.   
-Opdrachten maken.   
-Afsluiten; hoe is het deze les gegaan? 

Slide 2 - Slide

Wat was lastig in b5 en 7?
B5 vraag 7  en B7 vraag 3  waren zo te zien lastig, dus die bespreek ik klassikaal.
Verdere vragen over deze B stof kun je straks tijdens het zelfstandig werken stellen.


Slide 3 - Slide

De leerdoelen voor deze week: 
-Je kunt de ecologische voetafdruk van Nederland vergelijken met die van andere landen.
-Je kunt uitleggen wat duurzaamheid is.
-Je kunt aangeven wat duurzame oplossingen voor milieuproblemen in Nederland kunnen zijn.
En voor vwo ook:
-Je kunt de landbouw in Nederland beschrijven.

Deze les de eerste drie, volgende les de vierde (voor vwo).


Slide 4 - Slide

Jouw invloed op het milieu
Ecologische voetafdruk:
het land- en wateroppervlak dat nodig is voor jouw consumptie en jouw afval.

Hoe meer je consumeert, hoe hoger die voetafdruk. 

Slide 5 - Slide

Ecologische voetafdruk

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Duurzaamheid*
* Iets is duurzaam als het op korte en op lange termijn niet ten koste gaat van mensen of van de natuur
Dus dat betekent:
• niet meer stoffen uit het milieu halen dan het milieu kan aanvullen
• niet meer stoffen toevoegen aan het milieu dan het milieu kan verwerken

Slide 8 - Slide

duurzame oplossingen voor milieuproblemen
1. duurzame energie
2. duurzame grondstoffen
3. duurzame landbouw
4. minder vervuiling
5. minder broeikasgassen
6. zelf duurzame keuzen maken

Slide 9 - Slide

1. Duurzame energie
Duurzame energie: geen milieuvervuiling, E bron raakt niet op:

Biomassa ???? echt duurzaam???
Windmolens
Zonnepanelen
Waterkracht

Slide 10 - Slide

 I
Uit het nieuws van afgelopen woensdag 9 juni 2021.


https://www.nu.nl/economie/6138480/kabinet-komt-met-tijdelijke-subsidiestop-voor-biomassa.html

Slide 11 - Slide

ook zijn er bezwaren tegen windmolens en zonnepanelen.
-Mensen vinden ze niet mooi.
-Geluidsoverlast windmolens.
-Geen wind en /of geen zon = geen energie.


Kernenergie dan? Afval is gevaarlijk (radioactief).

Slide 12 - Slide

2. Duurzame grondstoffen
Door hergebruik en recycling hoeven minder nieuwe grondstoffen te worden gebruikt.


Zorg dat je weet wat het verschil is tussen hergebruik en recycling

Slide 13 - Slide

3. Duurzame landbouw
Stadslandbouw
Verticale landbouw
Precisielandbouw
Kringlooplandbouw
Biologische landbouw


                    


Slide 14 - Slide

Stadslandbouw
Minder transport.
                                  


Slide 15 - Slide

Verticale landbouw 
Ruimte besparend

Door het spectrum van het
licht aan te passen naar de
behoefte van het gewas 
verkrijgen we een grote opbrengst

Slide 16 - Slide

Precisie landbouw
Technologie waarmee je  precies kunt bepalen hoeveel mest en water er op een vierkante meter nodig is.
                                  


Slide 17 - Slide

Kringlooplandbouw.
Er gaan geen stoffen verloren. 
Afvalstoffen worden opnieuw 
gebruikt als bv. voedsel voor de 
bodem of voor dieren. 
 Ze gaan zuinig om met grondstoffen 
en ze zorgen voor zo min mogelijk 
vervuiling en uitputting.

Slide 18 - Slide

 Biologische landbouw
-geen monocultuur
-vruchtwisseling
-geen kunstmest
-geen chemische gewasbestrijding
(onbespoten)
-scharrelen
-natuurlijke bestrijding
-mechanische verwijdering van onkruid

Slide 19 - Slide

4. Minder vervuiling
- Schepen en fabrieken mogen schadelijke stoffen niet lozen in het milieu. 
- Auto’s krijgen een katalysator , daardoor minder vervuilende uitlaatgassen
- Fabrieken moeten filters in hun schoorstenen aanbrengen 
boeren filteren de lucht uit de stallen
(Vliegen, houtkachel, vleeseten)

• geen vuurwerk afsteken met oud en nieuw
• geen hout stoken in houtkachel, vuurkorf of open haard

Slide 20 - Slide

5.Minder broeikasgassen
Minder gebruik fossiele brandstoffen voor bijv.  energie.
Zorgen dat koeien en schapen minder methaan produceren.

Slide 21 - Slide

6. Zelf duurzame keuzen maken

Slide 22 - Slide

timer
10:00
Leerdoelen:
-Je kunt de ecologische voetafdruk van Nederland vergelijken met die van andere landen.
-Je kunt uitleggen wat duurzaamheid is.
-Je kunt aangeven wat duurzame oplossingen voor milieuproblemen in Nederland kunnen zijn.
En voor vwo ook:
-Je kunt de landbouw in Nederland beschrijven.
Kun je bereiken door:
-De tekst van basisstof 6 en de samenhang (en vwo ook B8) te lezen/bestuderen.
-Te maken: Basisstof 6 opdracht 1 t/m 11, de samenhang opdracht 1 tm 6 en vwo ook B8 opdracht 1 t/m 7. 
-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.
-Je kennis van de leerdoelen te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.




  Na afloop nog een paar (5) vragen via lessonup.  
Zorg dat je om 10.20 uur klaar zit met de lessonup open.

Slide 23 - Slide

Afsluiting.
Wat nog niet af is van de studiewijzer van deze week is huiswerk voor de 1e les van volgende week. (maandag)

Volgende week Toets (openboek, punt extra)

Wat heb je geleerd deze les, alles duidelijk?

Zo niet gebruik dan de volgende links in lessonup om extra te oefenen.

Slide 24 - Slide

Huishoudelijk afval wordt ingedeeld in vijf groepen:
1 groente-, fruit- en tuinafval;
2 glas;
3 plastic;
4 metaal;
5 papier.
Welke van deze groepen afval is, of zijn biologisch afbreekbaar?

A
alleen 1
B
alleen 1 en 5
C
alleen 1 , 3 en 5
D
allemaal

Slide 27 - Quiz

energie die geen milieuvervuiling veroorzaakt en niet opraakt
afval van planten en dieren
een voorwerp opnieuw gebruiken
technologie gebruiken om planten heel precies te geven wat ze nodig hebben
duurzaam omgaan met natuurlijke hulpbronnen
duurzame energie
biomassa
Hergebruik
Precisie-landbouw
kringloop-landbouw
Recycling

Slide 28 - Drag question

In de biologische landbouw wordt vruchtwisseling toegepast. Twan en Lieke doen daarover een bewering.
Twan zegt dat daardoor geen chemische bestrijdingsmiddelen hoeven te worden gebruikt om organismen in de bodem te bestrijden.
Lieke zegt dat door vruchtwisseling niet elk jaar kan worden geoogst.

Wie heeft (hebben) een juiste bewering gedaan?
A
Alleen Twan.
B
Alleen Lieke.
C
Zowel Twan als Lieke.
D
Geen van beiden.

Slide 29 - Quiz

Wat is GEEN duurzame energiebron?
A
Waterkracht
B
Windkracht
C
Kernenergie
D
Zonne-energie

Slide 30 - Quiz

Waarin verschilt de biologische landbouw van de gangbare landbouw?
A
De biologische landbouw is ouderwets.
B
De biologische landbouw is gericht op natuur- en landschapsbehoud.
C
In de biologische landbouw worden geen chemische middelen gebruikt.
D
In de biologische landbouw worden antibiotica en bestrijdingsmiddelen gebruikt

Slide 31 - Quiz


Dit is het einde van deze les.

In je agenda gezet wat je gaat of moet doen?

Tot donderdag.
  


Slide 32 - Slide