In de 19de eeuw waren de meeste mensen werkzaam in een fabriek. dit waren de werknemers. werknemers werkten voor loon en maakten producten. De bazen van de fabrieken waren de werkgevers. Werkgevers verkochten deze producten en maakte hier winst op want, het bouwen van een fabriek koste heel veel geld. Het steken van geld in een bedrijf met als doel winst te maken door producten te verkopen heet kapitalisme.