1.2 Fasen en faseveranderingen

H7.2 Fasen en faseveranderingen
NaSk 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H7.2 Fasen en faseveranderingen
NaSk 

Slide 1 - Slide

Lees H7.2 op blz.137 t/m 139
timer
5:00

Slide 2 - Slide

Leerdoelen van deze les
  • De 3 fasen en 6 faseveranderingen kennen.
  • Het principe van het deeltjesmodel kunnen uitleggen.

Slide 3 - Slide

Deeltjesmodel
  •  Eenvoudige weergave
  •  Stoffen zijn opgebouwd uit moleculen
  • Moleculen bewegen
  • Moleculen trekken elkaar aan

"Een molecuul is het kleinste deeltje
wat de stofeigenschappen nog bezit."

Slide 4 - Slide

3 Fasen
  • Vast
  • Vloeibaar
  • Gas

Slide 5 - Slide

Fasen
Vast

  • Moleculen naast elkaar
  • Trillen
  • Trekken elkaar aan

Engels: Solid → (s)



Slide 6 - Slide

Fasen
Vloeibaar:

  • Moleculen bewegen langs elkaar
  • Geen vaste plek
  • Mindere aantrekkingskracht
       Blijft nog wel bij elkaar
Engels: Liquid → (l)

Slide 7 - Slide

Fasen
Gas:

  • Moleculen op grote afstand
  • Hoge temperatuur nodig
  • Bijna geen aantrekkingskracht

Engels: Gaseous → (g)

Slide 8 - Slide

Faseveranderingen
  1. Condenseren
  2. Verdampen
  3. Stollen
  4. Smelten
  5. Sublimeren
  6. Rijpen

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Aan de slag!

1) Lees 7.2 (p. 137 t/m 139 van je handboek)

2) Maak 1.2 Scheikunde opdr. 17 t/m 21 (p. 11-12 van WB deel B)

3) Vragen docent


De 1e 10 minuten werken we in stilte, daarna mag je overleggen met je buurman of buurvrouw over de opdrachten die je moeilijk vindt.


Huiswerk voor de volgende les:

Afmaken 7.2 van NASK1



timer
10:00

Slide 13 - Slide

de fase-aanduiding voor "vloeibaar" is
A
(s)
B
(l)
C
(g)
D
(aq)

Slide 14 - Quiz

Water komt op aarde in verschillende fasen voor ! Hoeveel fasen zijn dit?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 15 - Quiz

Wat is de fase van water bij kamertemperatuur
A
vast
B
vloeibaar
C
gas
D
kun je niet weten

Slide 16 - Quiz

Welke fase is hier getekend?
A
gas
B
vloeistof
C
vast

Slide 17 - Quiz

Faseveranderingen 1 en 4 zijn
A
verdampen en stollen
B
condenseren en vervluchtigen
C
stollen en sublimeren
D
condenseren en stollen

Slide 18 - Quiz

Faseveranderingen 3 en 6 zijn
A
stollen en rijpen
B
smelten en (vervluchtigen) sublimeren
C
rijpen en verdampen
D
condenseren en stollen

Slide 19 - Quiz

Welke fase heeft regen?
A
Vast
B
Vloeibaar
C
Gas

Slide 20 - Quiz

Hoe heet de fasenovergang van vast naar gas?
A
smelten
B
stollen
C
rijpen
D
sublimeren

Slide 21 - Quiz

Een faseovergang is wanneer een stof van de ene fase naar de andere fase gaat dmv afkoelen of verwarmen
A
Juist
B
Onjuist
C
geen idee

Slide 22 - Quiz