Les 2 vaardigheden 3 HAVO

Machten van 10
Lesplanning:

  1. Uitleg machten van 10
  2. Filmpje 'Powers of ten'
  3. Opgaven machten van 10 maken
  4. Evt. uitleg significantie
  5. Afsluiting
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Machten van 10
Lesplanning:

  1. Uitleg machten van 10
  2. Filmpje 'Powers of ten'
  3. Opgaven machten van 10 maken
  4. Evt. uitleg significantie
  5. Afsluiting

Slide 1 - Slide

Aan het einde van de les kan je …
  • Antwoorden geven met de juiste significantie
  • Een wortel en kwadratisch verband herkennen
Machten van 10

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Machten van 10
10² = 10 * 10 = 100
10³ = 10*10*10 = 1000


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Schrijf 10 000 als macht van 10

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Schrijf 10⁶ helemaal uit

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Machten van 10
5,3
Wetenschappelijke notatie
Machten van 10
5,3104=...
5,3104=...
5763=5,76310...

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

56700 = ....
A
5,67 * 10⁴
B
5,67 * 10^⁻3
C
5,67 * 10³
D
5,67 * 10 ^5

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

750 000 W = 7,5 * 10^... W
Welk getal moet er op de ... staan?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

0,0985 mL = 9,85 * 10^... cL
Welk getal moet er op de ... staan?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Aan de slag
Opgave 4, 5  en 6 van het boekje rekenvaardigheden
klaar: kijk de opgaven na!

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting: formules gebruiken
Een meteoriet vliegt met een snelheid van 30 km/s door het heelal. Bereken de afstand die de meteoriet in 1 uur aflegt. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Significantie
Significantie
Getallen die betekenis hebben.
2,0 tuinstoelen = 2 tuinstoelen
Voor gemeten, geschatte of afgelezen waarden geldt het bovenstaande niet. 
2,0 L ≠ 2,0000 L
Waarom niet?

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Aantal significantie cijfers

1 significant       6                    0,04   
          
2 significant       6,2                0,40

3 significant       6,24              0,402             231 of 

2102
2,3102
2,31102
Wetenschappelijke notatie

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Het aantal significantie cijfers
6,23
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Het aantal significantie cijfers
0,0052
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Het aantal significantie cijfers
0,05000
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Noteer het getal 6320 in de wetenschappelijke notatie

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

De wetenschappelijke notatie van
0,0537
A
5,37102
B
5,37
C
5,37102
D
537

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

alleen het eindantwoord rond je af!
Regels afronden
Kijk naar het getal met de kleinste significantie

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

10,0 x 2 = ....

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

0,04 x 3,0 = ...

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Vandaag fietste ik in 5 minuten van huis naar school. Ik woon op 1,9 km afstand van school. Hoe groot is de gemiddelde snelheid waarmee ik naar school ben gefietst?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Aan de slag met ... 
Opdracht afronden
zie google classroom

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Getal met betekenis?

Slide 25 - Slide

This item has no instructions