This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Les 1.1 Stofeigenschappen
Slide 1 - Slide
Wie ben ik?
Indy van den Broek
NaSk 2 docent (scheikunde).
Je kan mij bereiken: ib10@curio.nl / teams / magistermail / lokaal 202 of K21 (naast lokaal 202)
Slide 2 - Slide
Wat moet je meenemen naar deze lessen?
Boek: 3 vmbo-gt nask2
Binas
Pen
Rekenmachine
Ipad (opgeladen!)
Eventueel aantekeningenschrift
Slide 3 - Slide
Leerdoelen 1.1 Stofeigenschappen
Je kunt beschrijven waar scheikundigen zich mee bezighouden.
Je kunt een stof herkennen aan zijn stofeigenschappen.
Je kunt informatie over de eigenschappen en het veilig gebruik van stoffen opzoeken op een chemiekaart.
Je kunt de betekenis van de gevarensymbolen benoemen voor corrosief, schadelijk, explosief, ontvlambaar en giftig.
Je kunt berekeningen maken met dichtheid.
Slide 4 - Slide
scheikunde
Bij scheikunde onderzoek je de eigenschappen van stoffen, hoe je deze stoffen kunt veranderen of hoe je nieuwe stoffen kunt maken
Slide 5 - Slide
Stofeigenschappen: kenmerken waaraan je een stof kunt herkennen:
Smaak
Geur
Fase: is iets vast, vloeibaar of gasvormig?
Kleur
Oplosbaarheid in water
Elektrische geleiding
Kookpunt: de temperatuur waarbij een vloeistof begint te koken
Smeltpunt: de temperatuur waarbij een vaste stof begint te smelten. Als de gesmolten stof weer afkoelt, stolt de stof weer bij dezelfde temperatuur = stolpunt.
Dichtheid
Slide 6 - Slide
Stofeigenschappen die overeen komen
Stofeigenschappen die verschillend zijn
Smaak
Geur
Kleur
Fase
Oplosbaar in water?
Kookpunt
Smeltpunt
Dichtheid
Slide 7 - Drag question
Stofeigenschappen die overeen komen
Stofeigenschappen die verschillend zijn
Smaak
Geur
Kleur
Fase
Oplosbaar in water?
Kookpunt
Smeltpunt
Dichtheid
Slide 8 - Drag question
Is de prijs van een stof een stofeigenschap?
A
Ja
B
Nee
Slide 9 - Quiz
Is de temperatuur van een stof een stofeigenschap?
A
Ja
B
Nee
Slide 10 - Quiz
Is de massa van een stof een stofeigenschap?
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quiz
Is de dichtheid van een stof een stofeigenschap?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Gevaarlijke stoffen
Op potten of flessen van chemicaliën ((gevaarlijke)stoffen) staan gevarensymbolen/veiligheidspictogrammen.
(Binas)
Slide 13 - Slide
corrosief
explosief
giftig
ontvlambaar
schadelijk
Slide 14 - Drag question
Maken opgave 6, 7, 9, 10, 12 en 13
Blz 15 t/m 17
Slide 15 - Slide
Nakijken
Slide 16 - Slide
6
a) Bijvoorbeeld: bloedonderzoek in het laboratorium, urineonderzoek in het laboratorium, chemokuur voor behandeling kanker, maken van medicijnen.
b) Bijvoorbeeld: verven van haar, permanent zetten in haar, wassen van het haar.
Slide 17 - Slide
7
a) Suiker en keukenzout
b) de smaak (suiker=zout, keukenzout=zout)
Slide 18 - Slide
9
a) A
b) Wanneer je iets gaat verdunnen, wordt het stofje minder gevaarlijk
Slide 19 - Slide
10
Terpentine kan de fles aantasten, waardoor de vloeistof kan weglekken.
Iemand anders zou kunnen denken dat er limonade in zit (en dus drinken)
Slide 20 - Slide
12
a) IJzer
b) IJzer heeft de grootste dichtheid, want de massa van het blokje ijzer is het grootste (en de blokjes zijn even groot. volume = hetzelfde)
Slide 21 - Slide
13
Aardgas heeft een kleinere dichteid dan lucht en water