4.1 Het gebruik van natuurlijke hulpbronnen

4.1 Het gebruik van natuurlijke hulpbronnen
1 / 25
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

4.1 Het gebruik van natuurlijke hulpbronnen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Video

Welke boodschap heeft dit filmpje?
NATUURLIJKE HULPBRONNEN
Wat zijn natuurlijke hulpbronnen?

Wat is het probleem van natuurlijke hulpbronnen?

Wat zijn natuurlijke hulpbronnen?


Natuurlijke hulpbronnen
'Stoffen uit de natuur die de mens gebruikt'

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

NATUURLIJKE HULPBRONNEN
Niet hernieuwbaar
Hernieuwbaar
Fossiele brandstoffen: aardolie, steenkool, aardgas
Water
Mineralen
Zonne-energie
Ertsen (bv. ijzererts)
Windenergie
Edelstenen
Natuurlijke hulpbronnen

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Natuurlijke hulpbronnen
En soms hebben landen natuurlijke hulpbronnen die andere landen niet hebben.

Bijvoorbeeld?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Ecologische voetafdruk
Alles wat je koopt, eet en gebruikt kun je uitrekenen naar de hoeveelheid ruimte die daar voor nodig is. 

Deze berekening heet de ecologische voetafdruk. 


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Als iedereen op de wereld zoals een Nederlander zou leven, dan zouden we 3,6 aarde's nodig hebben! Toch moeten we het doen met één aarde...

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Ecologische voetafdruk per regio

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Natuurlijke hulpbronnen zijn:
A
Een bron om hulp vandaan te halen, denk aan hulporganisaties
B
Manieren om de natuur te helpen
C
Producten uit de natuur die de mens gebruikt

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen natuurlijke hulpbronnen?
A
Aardolie
B
Water
C
Azijn
D
Zout

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een ecologische voetafdruk?
A
De hoeveelheid ruimte die je gebruikt om te kunnen werken
B
De hoeveelheid energie die je gebruikt om te kunnen leven
C
De hoeveelheid ruimte die je gebruikt om te kunnen leven
D
De hoeveelheid water dat je gebruikt om te kunnen werken

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

4 goed = 2p
2-3 goed = 1p
<2 goed = 0p
Grondstoffen
Bevolkingsprognose
Ecologische voetafdruk
Duurzame ontwikkeling
De verwachte groei van de bevolking in een bepaald gebied.
De ruimte die een persoon nodig heeft om zijn leven te kunnen leiden
Voorzien in eigen behoeften zonder dat het milieu belast wordt en zonder dat grondstoffen uitgeput raken
Ruw materiaal dat nog bewerkt moet worden tot producten waar je iets aan hebt

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

Milieu / Leefomgeving

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

De mens is op verschillende manieren afhankelijk van het milieu:
- het milieu levert voedsel en zuurstof (fotosynthese)
- het milieu levert water
- het milieu levert energie en grondstoffen
-het milieu biedt plaats voor recreatie.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Welke groep reizigers heeft grotere ecologische voetafdruk?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Wat wordt er verstaan onder 'milieu'?
A
De leefomgeving
B
Klimaatsverandering
C
Het klimaat van onze leefomgeving
D
De atmosfeer

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Duurzaamheid
 Duurzaamheid is het zorgen voor evenwicht tussen mens, milieu en economie om de aarde niet uit te putten. Voor nu, maar ook voor de komende generaties. Producten en diensten die lang mee gaan en niet te belastend zijn voor het milieu.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

DUURZAAMHEID
  • Niet meer stoffen uit het milieu halen dan het milieu kan aanvullen
  • Niet meer stoffen toevoegen aan het milieu dan het kan verwerken

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Milieuproblemen
Het gebruik van energie heeft invloed op onze natuurlijke leefomgeving (milieu). Er zijn drie soorten milieuproblemen:

1. Milieuvervuiling
2. Milieu-uitputting
3. Milieu-aantasting

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Milieu-uitputting
Vervuiling van het milieu door er afval in te storten. 

Hoe kunnen we dit voorkomen? 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Welk begrip past er bij deze omschrijving:
"De ruimte die we per persoon innemen op aarde, weergegeven in hectare. Het is een maat voor de duurzaamheid van een land en zijn inwoners."
A
duurzaam produceren
B
duurzaam consumeren
C
recyclen
D
ecologische voetafdruk

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord hoort bij de zin: Ik heb uitgerekend hoeveel ruimte ik inneem als ik kijk naar wat ik eet en koop.
A
Milieu
B
Duurzame ontwikkeling
C
Draagkracht
D
Ecologische voetafdruk

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Slide 23 - Link

This item has no instructions

Extra opdracht
(4 min)
1: Maak in je schrift drie rijtjes met
 de kopjes 'water', 'lucht' en 'bodem'. Deze belangrijke 
elementen vormen ons milieu.

Zet onder ieder kopje zoveel mogelijk redenen
waarom we water, lucht en bodem nodig hebben om te kunnen leven.

2: Zet nu onder ieder kopje op welke manier de mens water, lucht en bodem vervuilt en in gevaar brengt.

3: Na 5 minuten bespreek je je antwoorden met je buurman/buurvrouw.
timer
3:00

Slide 24 - Slide

Optioneel
Hernieuwbare hulpbronnen
Niet herniuwbare hulpbronnen.

Slide 25 - Drag question

This item has no instructions