Examen Nederlands - argumentatie (2)

Argumentatie (2)
1 / 33
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 25 min

Items in this lesson

Argumentatie (2)

Slide 1 - Slide

Drogredenen

Slide 2 - Slide

Welke 12 drogredenen
zijn er?

Slide 3 - Mind map


Onjuist gebruik van argumentatieschema

  1. onjuist beroep op oorzaak en gevolg
  2. onjuist beroep op kenmerk of eigenschap
  3. overdrijving
  4. vals dilemma
  5. overhaaste generalisatie
  6. verkeerde vergelijking
  7. onjuist beroep op autoriteit

Overtreding van discussieregel

  1. persoonlijke aanval
  2. ontduiken van de bewijslast
  3. cirkelredenering
  4. vertekenen van een standpunt
  5. bespelen van publiek

Slide 4 - Slide


‘Groningers zijn zuinig.’
A
onjuist beroep op autoriteit
B
overhaaste generalisatie
C
ontduiken van de bewijslast
D
cirkelredenering

Slide 5 - Quiz


'Ik weet zeker dat het zo is! De professor zei het zelf.'


A
vals dilemma
B
vertekenen van het standpunt
C
onjuist beroep op autoriteit
D
ontduiken van de bewijslast

Slide 6 - Quiz

'Dat rapport is geschreven door Jansen van de Shell.' 'Is dat niet die man die onlangs in het nieuws kwam wegens belastingontduiking?'
A
ontduiken bewijslast
B
persoonlijke aanval
C
bespelen van het publiek
D
vals dilemma

Slide 7 - Quiz

'Ik vind dat medisch specialisten te veel verdienen.' 'Dus je bent het met me eens dat hun tarieven drastisch omlaag moeten!'
A
onjuist beroep op autoriteit
B
overhaaste generalisatie
C
onjuist beroep op kenmerk
D
vertekenen van een standpunt

Slide 8 - Quiz

Of je voedt kinderen streng op met het gevolg dat ze gefrustreerd raken, of je laat ze vrij met het gevolg dat ze volledig ontsporen.
A
vals dilemma
B
overdrijven van voor- of nadelen
C
onjuist beroep op oorzaak en gevolg
D
bespelen van het publiek

Slide 9 - Quiz


Dit kabinet heeft zijn langste tijd gehad. Dat zal iedereen met mij eens zijn.
A
cirkelredenering
B
bespelen van het publiek
C
ontduiken van de bewijslast
D
onjuist beroep op autoriteit

Slide 10 - Quiz

Die verslaggever van Nieuwsuur is altijd slordig gekleed en heeft een afstotelijke boksersneus. Naar zo iemand luister je toch niet graag?
A
ontduiken van de bewijslast
B
persoonlijke aanval
C
bespelen van het publiek
D
vals dilemma

Slide 11 - Quiz

Wie het niet met mij eens is, beschouw ik als mijn tegenstander.
A
overdrijven van de nadelen
B
cirkelredenering
C
bespelen van het publiek
D
vals dilemma

Slide 12 - Quiz

Als de examenklassen studieverlof hebben, hebben wij daar ook recht op.
A
verkeerde vergelijking
B
cirkelredenering
C
vals dilemma
D
vertekenen van het standpunt

Slide 13 - Quiz

Ga toch niet skiën! Op alle skipistes ligt kunstsneeuw, zo'n vakantie is peperduur en de kans dat je op krukken terugkomt is levensgroot.
A
overdrijven van de nadelen
B
overhaaste generalisatie
C
onjuist beroep op autoriteit
D
vertekenen van het standpunt

Slide 14 - Quiz


Ik heb een keer een roman van Mulisch gelezen: hij schreef ingewikkelde boeken.
A
cirkelredenering
B
onjuiste autoriteit
C
overhaaste generalisatie
D
onjuiste oorzaak-gevolg

Slide 15 - Quiz


Ik heb dat niet gestolen, want ik ben geen dief.
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
cirkelredenering
C
verkeerde vergelijking
D
overhaaste generalisatie

Slide 16 - Quiz

Geschiedenisonderwijs kan maar beter afgeschaft worden. Je kunt er toch niets meer aan veranderen en oude kleren gooi je toch ook weg.
A
verkeerde vergelijking
B
cirkelredenering
C
overhaaste generalisatie
D
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie

Slide 17 - Quiz

Wij hebben vorig jaar een overnachting gehad in een hotel in Madrid. Het was er heel vies: in de douche lagen overal haren, er zaten vlekken in het matras en er liepen kakkerlakken. In Spanje moet je duidelijk niet zijn voor een net en hygiënisch vakantieverblijf!
A
cirkelredenering
B
overhaaste generalisatie
C
verkeerde vergelijking
D
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie

Slide 18 - Quiz


Ieder weldenkend mens zal het ermee eens zijn dat vlees eten slecht is.
A
persoonlijke aanval
B
onjuist beroep op autoriteit
C
bespelen van het publiek
D
vertekenen van het standpunt

Slide 19 - Quiz


Bewijst u maar eens dat u daar niet te hard reed.
A
bespelen van het publiek
B
ontduiken van de bewijslast
C
vertekenen van het standpunt
D
persoonlijke aanval

Slide 20 - Quiz


Wat weet jij nou van voetbal? Je kunt niet eens een bal in het doel schieten!
A
onjuist beroep op autoriteit
B
vertekenen van het standpunt
C
persoonlijke aanval
D
cirkelredenering

Slide 21 - Quiz


We krijgen een strenge winter dit jaar. Dat heeft mijn opa gezegd en die zit er niet vaak naast!
A
overhaaste generalisatie
B
vertekenen van het standpunt
C
bespelen van het publiek
D
onjuist beroep op autoriteit

Slide 22 - Quiz

De regering moet afzien van haar plannen voor belastingverhoging, want anders zal de werkloosheid fors toenemen.
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
overdrijving
C
vals dilemma
D
overhaaste generalisatie

Slide 23 - Quiz


Onze conciërge kan prima met pubers omgaan. Hij is dus de ideale leraar.
A
overhaaste generalisatie
B
onjuist beroep op kenmerk/eigenschap
C
verkeerde vergelijking
D
onjuist beroep op oorzaak en gevolg

Slide 24 - Quiz

Naar aanleiding van de reclameslogan van Wehkamp ‘Moderne mensen kopen bij Wehkamp’ schreef iemand een boze brief naar de Reclameraad: “Ik ben beledigd, want ik koop niet bij Wehkamp en dan ben ik zeker ouderwets.’
A
cirkelredenering
B
overhaaste generalisatie
C
vertekenen van het standpunt
D
bespelen van het publiek

Slide 25 - Quiz

Vrijheid van meningsuiting is goed voor het land want het is in het belang van het land dat iedereen kan zeggen wat hij wil.

A
cirkelredenering
B
ontduiken van de bewijslast
C
vals dilemma
D
bespelen van het publiek

Slide 26 - Quiz

Steeds meer mensen blijven tegenwoordig single. Ook het aantal depressies neemt toe. Het is dus duidelijk waardoor dat komt.
A
overdrijving
B
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
C
onjuist beroep op kenmerk/eigenschap
D
overhaaste generalisatie

Slide 27 - Quiz

Argumentatiestructuren

Slide 28 - Slide


Een onderschikkende argumentatie bestaat altijd maar uit één argument bij het standpunt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quiz

De meeste leerlingen van mijn klas willen bowlen, dus ik ga me daar niet tegen verzetten. Het is bovendien goedkoper dan paintballen en karten en we kunnen bij de bowlingbaan vrij goedkoop eten.
A
enkelvoudig
B
onderschikkend
C
nevenschikkend (afhankelijk)
D
nevenschikkend (onafhankelijk)

Slide 30 - Quiz


Het Amadeus is een goede school. De leerlingen kunnen zich goed ontwikkelen.
A
enkelvoudig
B
onderschikkend
C
nevenschikkend (afhankelijk)
D
nevenschikkend (onafhankelijk)

Slide 31 - Quiz

Hij is geschikt voor deze baan als operateur, want hij heeft al 5 jaar werkervaring. Hij werkte hiervoor immers in dezelfde functie bij een Cinema Opera.
A
enkelvoudig
B
onderschikkend
C
nevenschikkend (afhankelijk)
D
nevenschikkend (onafhankelijk)

Slide 32 - Quiz

Heel Nederland heeft last gehad van het slechte weer. In Noord-Nederland was er veel schade door de harde wind. En Zuid-Nederland had te kampen met wateroverlast.
A
enkelvoudig
B
onderschikkend
C
nevenschikkend (afhankelijk)
D
nevenschikkend (onafhankelijk)

Slide 33 - Quiz