Woordsoorten

Vandaag: herhaling

Grammatica 

   Woordsoorten
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1-3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Vandaag: herhaling

Grammatica 

   Woordsoorten

Slide 1 - Slide

Welke woordsoorten ken je?

Slide 2 - Mind map

Woordsoorten

1. werkwoord
2. lidwoord
3. zelfstandig naamwoord


Slide 3 - Slide

Werkwoorden

Slide 4 - Slide

Noem drie werkwoorden die als eerste in je opkomen

Slide 5 - Open question

Werkwoorden
Werkwoorden noemen we ook weleens doe-woorden.
Het zijn namelijk dingen die je kunt doen, zoals:

lopen, fietsen, staan, zitten, schrijven, slapen, gamen, eten, wachten......
Er zijn zelfstandige werkwoorden en hulpwerkwoorden

Slide 6 - Slide

Lidwoorden
We hebben in het Nederlands 3 lidwoorden:

de
het
een

Slide 7 - Slide

Het zelfstandig naamwoord
  • Mensen
  • Dieren
  • Planten
  • Dingen
  • Namen
  • Aardrijkskundige namen

Slide 8 - Slide

Het zelfstandig naamwoord
Voor een zelfstandig naamwoord kun je (bijna) altijd een lidwoord (de, het, een) zetten.

Voorbeelden:
de tafel, de auto, het meisje, een hond

Slide 9 - Slide

Quiz

Slide 10 - Slide

Willy, de zoon van de buurman, rende heel snel tijdens het hardlopen en was veel verder voor dan zijn vrienden.
Wat is geen werkwoord?
A
rende
B
hardlopen
C
was

Slide 11 - Quiz

Het woord "een" noemen we een....
A
Lidwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 12 - Quiz

welk woordsoort is 'zwemmen'?
A
werkwoord
B
zwemwoord
C
lidwoord

Slide 13 - Quiz

welk woordsoort is 'fiets'
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord

Slide 14 - Quiz

Lidwoord

noem een lidwoord:

Slide 15 - Open question

De oude boer reed zijn tractor over de vruchtbare velden. Welk woord is geen zelfstandig naamwoord?
A
boer
B
tractor
C
vruchtbare
D
velden

Slide 16 - Quiz

De woordsoorten ken ik...
A
nog lang niet
B
een beetje
C
wel aardig
D
goed!

Slide 17 - Quiz