This lesson contains 15 slides, with text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Wat zien we hier?
Slide 1 - Slide
SLOGANS | 5 MIN
Er is nog één ding dat echt bij een reclame hoort en dat is een slogan.
V: Wie kan vertellen wat een slogan is?
A: Een slogan is een ander woord voor een zin die hoort bij een product of een merk. Een slogan komt in elke reclame van dat product terug. Een slogan is meestal kort en hij blijft goed hangen.
De slogan wordt vaak aan het eind van de reclame gezegd, en soms zelfs gezongen.
Een paar voorbeelden:
- Just do it. (Nike)
- Have a break… Have a Kitkat
- Padapapapaaaa / I’m lovin’ it (McDonalds)
- Autodrop. Zo lekker, het zou verboden moeten worden
Misschien kent de klas zelf nog andere slogans?
Afsluiting
Waar zie je allemaal reclame?
Slide 2 - Slide
AFSLUITING | 5 MIN
Vandaag hebben we het gehad over trucs die filmmakers gebruiken voor reclames.
Reflecteer met de leerlingen: Wat nemen ze mee? Wat weten ze nu over reclame wat ze eerst nog niet wisten? Gaan ze anders kijken naar reclames de komende week? Etc.
Deze week kunnen jullie misschien nog even verder denken over jullie reclameplan als je dat nog niet af had, misschien wil je nog iets aanpassen voordat je gaat filmen.
In de volgende les maken jullie een storyboard voor je reclame en gaan jullie zelf de opnames maken.
Reclame trucs
Zintuigen prikkelen
Wat zijn zintuigen en welke zintuigen ken je?
Slide 3 - Slide
Loop nog eens het lijstje langs dat je net op het bord hebt geschreven om te herhalen welke trucs filmmakers allemaal gebruiken in reclames.
Door goed te kiezen welke kaders je gebruikt kun je de kijker ook het idee geven dat er iets gebeurt terwijl dat misschien helemaal niet echt zo is.
Pak de iPad met Apple TV verbinding er weer bij en vraag een leerling op de grond gaan liggen. Film alleen de benen en laat de rest van de leerling buiten beeld. Vraag een andere leerling (buiten beeld!) de liggende leerling weg te slepen terwijl de rest van de klas naar het scherm kijkt.
Bespreek met de klas welke indruk je kreeg van deze handeling doordat je een medium shot gebruikte. Hoe zou dat anders zijn als het bijvoorbeeld een totaalshot geweest was?
Reclame trucs
Zintuigen prikkelen
Humor
Slide 6 - Slide
Loop nog eens het lijstje langs dat je net op het bord hebt geschreven om te herhalen welke trucs filmmakers allemaal gebruiken in reclames.
Slide 7 - Video
This item has no instructions
Reclame trucs
Zintuigen prikkelen
Humor
Overdrijven
En daar gaat deze les over!
Welke woorden gebruiken ze hierbij?
Slide 8 - Slide
Loop nog eens het lijstje langs dat je net op het bord hebt geschreven om te herhalen welke trucs filmmakers allemaal gebruiken in reclames.
Slide 9 - Slide
This item has no instructions
Doel van de les
Aan het eind van deze les weet ik wat de trappen van vergelijking zijn en herken ik deze in reclames.
In de reclame worden dingen vaak vergeleken:
goedkoper - goedkoopste
beter -beste
Slide 10 - Slide
This item has no instructions
Trappen van vergelijking
3 stappen, bijvoorbeeld:
klein - kleiner - kleinst
goedkoop - goedkoper - goedkoopst
Maar ook:
goed - beter - best
veel - meer - meest
Slide 11 - Slide
This item has no instructions
We gaan oefenen met de trappen van vergelijking!
Slide 12 - Slide
This item has no instructions
nt2taalmenu.nl
Slide 13 - Link
This item has no instructions
Opdracht: Op het werkblad gebruik je de woorden uit de trappen van vergelijking!
RECLAME BLAD
Slide 14 - Slide
PLAN EIGEN RECLAME MAKEN | 15 MIN
Nu jullie bijna alles weten over reclames is het tijd om aan je eigen reclame te beginnen.
Elke reclame begint met een plan.
Met je groepje ga je dat plan verzinnen voor jullie reclame. Wat wordt het verhaal van jullie reclame? Welke filmtrucs gaan jullie gebruiken om je product te ‘verkopen’? Kies er in ieder geval twee.
Vergeet niet, het is een reclame dus het mag (moet!) overdreven! Je reclame film mag straks maximaal 2 minuten duren dus probeer het verhaal niet te lang te maken.
Jullie hebben 15 minuten.
Deel aan elk groepje het Reclame-plan werkblad uit om in te vullen.
Op het formulier vult elk groepje in:
- Namen
- Product (Naam + tekening)
- Verhaal van de reclame (kort)
- Slogan
- Welke twee reclametrucs ga je gebruiken?
- Rolverdeling. (Acteurs/Camera/Regisseur)
- Wat heb je nodig voor je video?*
*Hier kom je in het volgende onderdeel nog op terug, eventueel kan die vraag dan pas worden ingevuld.)
Wat weet je nu?
Aan het eind van deze les weet ik wat de trappen van vergelijking zijn en herken ik deze in reclames.