V2: De brug grammatica woordsoorten

• Nederlands
• Middelbare school

De Brug

Grammatica woordsoorten

In onderstaande zin staat een onbepaald lidwoord.

Weet jij hoe de vlag van Chili er uitziet?

1. waar
2. niet waar

In onderstaande zin staan twee zelfstandige naamwoorden.

In de stofzuigerzak zaten verschillende gele legosteentjes.

1. waar
2. niet waar

Welk woord is het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord in de zin?

Je kunt in de koude winter je mooie handen het best beschermen met leren handschoenen.

1. koude
2. mooie
3. beschermen
4. leren

Wat is het onderstreepte woord voor woordsoort?

Ik heb van jou geen WhatsAppbericht ontvangen.

1. bezittelijk voornaamwoord
2. persoonlijk voornaamwoord

In welke zin is het werkwoord ‘blijven’ een koppelwerkwoord?

1. Feyenoordsupporters blijven hun club altijd trouw.
2. Pubers blijven op zondag meestal lang in bed liggen.
3. Wij blijven nog even zitten bij de open haard.

Door welk woord kun je het aanwijzend voornaamwoord vervangen in onderstaande zin?

Op regenachtige dagen trekken mensen massaal naar zulke musea.

1. dat
2. dergelijke
3. hetzelfde

Welk woord is een vragend voornaamwoord?

1. hoe
2. waarom
3. wanneer
4. welke

Wat is het onderstreepte woord voor een woordsoort?

Heb jij weleens wat gekocht bij dit online warenhuis?

1. aanwijzend voornaamwoord
2. bijwoord
3. onbepaald voornaamwoord
4. vragend voornaamwoord

Hoeveel voorzetsels staan er in onderstaande zin?
Mounir heeft in de pauze aan Alice een banaan gegeven.

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4