SE maatschappijleer H3

SE Maatschappijleer H3
- Alle paragrafen gaan we (kort) behandelen 
- Schrijf mee, maak een samenvatting
- Begrippenlijst invullen 
- verlengde instructie of zelfstandig aan de slag 
1 / 29
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

SE Maatschappijleer H3
- Alle paragrafen gaan we (kort) behandelen 
- Schrijf mee, maak een samenvatting
- Begrippenlijst invullen 
- verlengde instructie of zelfstandig aan de slag 

Slide 1 - Slide

cultuur
Dominante cultuur 
subcultuur
socialisatie
sociale controle
Identiteit
groepsgevoel
groepsnormen
groepsdruk
rolpatroon
gendernormen
genderneutraal
aangeboren/ aangeleerd
H3: cultuur

Slide 2 - Mind map

3.1 Cultuur 
Cultuur= Alle waarden, normen en gewoontes die mensen in een bepaalde groep met elkaar delen.

Dominante cultuur= 
Waarden en normen die voor de hele samenleving gelden

Slide 3 - Slide

3.1 Cultuur 
Subcultuur= Kleine groepen in de samenleving
- Eigen cultuur
- je maakt deel uit van meerdere culturen 

Jongeren cultuur= Groep jongeren met dezelfde waarden, normen en gewoontes

Slide 4 - Slide

3.1: Cultuur 
Aangeboren eigenschappen: bij de geboorte aanwezig 
Aangeleerde eigenschappen: Alles wat je in je leven leert

Socialisatie=
Aanleren van normen, waarden en gewoontes die bij jouw groep of samenleving horen

Slide 5 - Slide

3.2 Socialisatie 

Waar leer je?
- Thuis 
- School
- Interactie met vrienden
- Sportclub
- Werk/stage 
- Geloof
- Media
- Overheid

Slide 6 - Slide

3.2 socialisatie 
Manieren van leren
1: Imitatie
2: Informatie
3: Ervaringen
4: Experimenteren

Slide 7 - Slide

3.2 socialisatie 
Sociale controle
- Op elkaar letten
- gedrag beïnvloeden

Slide 8 - Slide

3.3 identiteit 
Met wie identificeer jij je? -> groepsidentificatie
door: hobby's, woonplek, geloof etc.

Hoe wordt een groep gevormd?
door: groepsnormen en groepsdruk 

Slide 9 - Slide

3.4 wat is normaal?
Rolpatronen= Hoe iemand zich volgens anderen moet gedragen
- Serveerster & Huisarts

Gendernormen=  Normen (regels) die 'horen' bij het man-zijn of vrouw-zijn
- Wat je van een ander kan verwachten

Slide 10 - Slide

3.4 Rolpatronen 


Roldoorbrekend + rolbevestigend gedrag

Genderneutraal= Geen onderscheid tussen man en vrouw

Slide 11 - Slide

3.4 Normaal en abnormaal 
1. Groep waar je bij hoort
2. De plaats waar je woont
3. De tijd waarin je leeft

Tolerantie= accepteren van mensen met andere normen en waarden 

Slide 12 - Slide

Leren hoofdstuk 3
2 groepen:
1. extra instructie
2.zelfstandig aan de slag met begrippenlijst en samenvatting

Slide 13 - Slide

Leren hoofdstuk 3
Groep 2:
Per paragraaf maak je twee 'toets vragen'
1. maak vraag + antwoord
2. stuur dit via teams naar mij

Voorbeeld: "In een groep is vaak sprake van groepsdruk."
  -> Wat wordt er bedoeld met het begrip ‘groepsdruk’?

Slide 14 - Slide

Supertips voor je SE:

  1. Lees de vraag goed, geef antwoord en lees de vraag opnieuw!
  2. Als er staat ‘leg uit’ of ‘want…’: altijd uitleg geven, anders 0 punten
  3. Als er een moeilijk begrip in de vraag staat: begrip uitleggen in je antwoord
  4. Geef nooit meer of minder antwoorden dan wordt gevraagd: vier kenmerken is vier kenmerken opschrijven
  5. Let op het puntenaantal: veel punten is vaak veel schrijven
  6. Herhaal een stukje van de vraag in je antwoord

Slide 15 - Slide

Aangeleerde eigenschappen zijn ook bij de geboorte aanwezig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Socialisatie is
A
Mensen die met elkaar kunnen socialiseren
B
Leren hoe je met elkaar kunt socialiseren
C
Aanleren van normen, waarden en gewoontes die bij jouw groep horen
D
Aanleren van gedragsregels die bij jouw groep horen.

Slide 17 - Quiz

Er zijn 4 manieren van leren
Noem er twee op

Slide 18 - Open question

Op welke plekken (naast school) leer je ?
Noem er twee op

Slide 19 - Mind map

Wie controleert jouw gedrag bij sociale controle
A
De politie
B
Mensen die jou kennen
C
Docenten
D
Iedereen

Slide 20 - Quiz

Een rolpatroon is
A
Hoe iemand zich volgens anderen moet gedragen
B
Iemand blijft zichzelf en luistert niet naar hoe je je wel moet gedragen
C
kleding die je volgens anderen moet aan doen

Slide 21 - Quiz

Bij gendernormen weet je wat je van een ander kan verwachten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quiz


A
Roldoorbrekend
B
Rolbevestigend

Slide 23 - Quiz


A
Roldoorbrekend
B
Rolbevestigend

Slide 24 - Quiz

Cultuur 
Dominante cultuur 
Subcultuur 
Alle waarden, normen en gewoontes die mensen in een bepaalde groep met elkaar delen.
Waarden en normen die voor de hele samenleving gelden

De cultuur van een kleine groep mensen

Slide 25 - Drag question

Wat is een vooroordeel?

Slide 26 - Open question

Tolerantie is
A
Dat je samen met andere mensen kunt samenwerken
B
Mensen niet accepteren die niet dezelfde normen hebben als jij.
C
Accepteren van mensen met andere normen en waarden
D
Accepteren dat iedereen er anders uitziet.

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Video

Slide 29 - Video