ch 5 Objectif Santé cours 3 16 05 2024 HV2D

1 / 19
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

  • Programme
23 mai - les
30 mai -les
06 juin - inleveren vlog 2x/ les
13 juin - toets luistervh 2x/ les
20 juin - les
25 juin - toets chapitre 5

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

pour jeudi, 16 mai
apprendre: ch 5 - vocabulaire A (n-f f-n) schrijvend leren (mots et phrases)

apprendre: page 42 - bloc C - phrases clés (schrijvend leren) n-f f-nf
(wordt overhoord)!!!!!
faire: exererce 9, 10 A, B, C
uitleg: schrijf 1 argument voor en 1 argument tegen i/h Nederlands - telefoon tijdens les en tijdens de pauze
          B. Onderstreep argumenten van 10 A in de tekst met blauw
          C. Lees opnieuw de tekst en antwoord op de vragen in het Nederlands
BOEK B MEENEMEN!!!!!!












Slide 6 - Slide

Wat heb jij?

Slide 7 - Open question

Ga je naar de arts?

Slide 8 - Open question

Ja, ik heb vanmiddag een afspraak

Slide 9 - Open question

au , à la, à l', aux
à le     =  au        j'ai mal au doigt ( ik heb pijn aan de/mijn) vinger
à la     =  à la      j'ai mal à la gorge (ik heb keelpijn)
à l'       =  à l'       j'ai mal à l'oreille (ik heb pijn aan het /mijn oor)
à les   =  aux     j'ai mal aux oreilles (ik heb pijn aan de/mijn oren)

Slide 10 - Slide

correction
exercices;
  • 9, 10 A, B, C

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

La négation - de ontkenning
niet/geen =  ne.....pas  
niet meer  =  ne......plus 
nog niet    =  ne .....pas encore 
nooit          =  ne ......jamais 
niets          =   ne ........rien
- er is niet/er zijn niet=il y a = il ne y a pas = il n'y a pas
- het is niet = ce n' est pas (het is = c'est - dus: ce ne est pas

Slide 13 - Slide

La négation - la suite/vervolg
plaats ontkenning: 
ne staat voor de persoonsvorm
pas staat na de persoonsvorm

dus:  je ne vais pas à l'école   (persoonsvorm= groen)
           je ne vais pas acheter  ( acheter= heel werkwoord)
           il n 'a pas regardé la téle'  (regardé = voltooid deelwoord)

Slide 14 - Slide

À faire
exercices;
  • 11 A, B, C
  • 12 A,

Slide 15 - Slide

Donnez 4 mots sur le thème:
Dossier Santé

Slide 16 - Slide

Dossier santé

Slide 17 - Mind map

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide