Les 26 - H3 -Het onderwerp van een zin vinden

Welkom M11

1 / 22

Slide 1: Slide

NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom M11

Slide 1 - Slide

Planning

Herhaling leerstof Taalverzorging H1 en H2

Aan de slag!

Huiswerk

Slide 2 - Slide

Welke woorden zijn werkwoorden?

boek, schrift, vakantie

huilen, dansen, spelen

bouwvakker, lasser, timmerman

Slide 3 - Quiz

Wat zijn verwijswoorden? Noem er twee!

Slide 4 - Open question

Verwijswoorden

deze

die

dit

dat

Slide 5 - Slide

Verwijswoorden

Verwijswoorden verwijzen meestal

naar een woord dat al eerder genoemd is of

wijzen vooruit naar een woord dat nog genoemd gaat worden.

Slide 6 - Slide

'De-woorden' en 'Het- woorden'.
Welke regeltje hoorde daar nou bij?

Slide 7 - Open question

'De-woorden' en 'Het- woorden'.
........... meisje

Slide 8 - Open question

Welk verwijswoord hoort hier?
Ik ben het zat! ........ lockdown duurt veel te lang!

Slide 9 - Open question

We rijden vandaag door Nederland, België, en Luxemburg.

leestekens/hoofdletters zijn goed geschreven

leestekens/hoofdletters zijn fout geschreven.

Slide 10 - Quiz

Vertel hoe je de persoonsvorm in een zin kan vinden.

Slide 11 - Open question

Laatste letter een -t of -d?
werel__ - flui__ - eikenhou__

wereld - fluit - eikenhoud

wereld - fluit - eikenhout

werelt - fluit - eikenhout

wereld - fluid - eikenhout

Slide 12 - Quiz

Wat is de verlengproef?

Slide 13 - Open question

Wat is de laatste letter: 'd' of 't'?
Ik ben 8 keer verhuis...

Slide 14 - Quiz

Wat is de ik-vorm van een werkwoord?

Slide 15 - Mind map

De stam van een werkwoord: ik-vorm

Ik loop

Ik bezit

Ik rijd

Ik vertel

Ik leer

Ik kijk

Ik zucht

Slide 16 - Slide

Wat is de persoonvorm in deze zin?
'Ik fiets iedere dag naar mijn oma.'

Slide 17 - Open question

H3 - Taalverzorging op blz. 80

Na deze les kan je het onderwerp in een zin vinden!

Slide 18 - Slide

Het onderwerp in een zin.

Hoe vind je het onderwerp in een zin?

Wat is het verschil tussen het onderwerp in een zin en het onderwerp van een tekst?

Slide 19 - Slide

H3- Taalverzorging op blz. 80

Lezen: de theorie over het onderwerp in een zin

Maken: opdracht 1

Hoe?

Je werkt in stilte.

Als je een vraag hebt, dan mag je hem aan mij stellen.

Klaar? Ga verder met opdracht 2!

timer

10:00

Slide 20 - Slide

Onderwerp

Het onderwerp:

zoek de persoonvorm
Vraag: wie of wat + persoonsvorm

Slide 21 - Slide