Christendom les 1 havo

Vandaag
  • Inleiding Christendom: wat weet je er al van? 
    1. Je kunt aan het einde de les kort beschrijven waar het christendom over gaat
    2. Je kunt aan het einde van de les vertellen: 
    - Wat een monotheïstische levensbeschouwing is
    - Wat een polytheïstische levensbeschouwing is
    - Waar de Christenen in geloven
    - Wat het Heilige boek van de Christenen is
    - Hoe je het gebedshuis van de Christenen noemt

3. Aan het einde van de les: 
- Heb je een Christelijk Feest uitgekozen
- Heb je een groep gemaakt waarmee je gaat samenwerken
- Heb je vragen geformuleerd voor het interview dat je gaat houden.
1 / 41
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 41 slides, with interactive quiz, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Vandaag
  • Inleiding Christendom: wat weet je er al van? 
    1. Je kunt aan het einde de les kort beschrijven waar het christendom over gaat
    2. Je kunt aan het einde van de les vertellen: 
    - Wat een monotheïstische levensbeschouwing is
    - Wat een polytheïstische levensbeschouwing is
    - Waar de Christenen in geloven
    - Wat het Heilige boek van de Christenen is
    - Hoe je het gebedshuis van de Christenen noemt

3. Aan het einde van de les: 
- Heb je een Christelijk Feest uitgekozen
- Heb je een groep gemaakt waarmee je gaat samenwerken
- Heb je vragen geformuleerd voor het interview dat je gaat houden.

Slide 1 - Slide

Christendom

Slide 2 - Slide

Christendom

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Video

THEORIE
- monotheistisch
- polytheistisch
-Bijbel: oude en nieuwe testament
-God, Jezus, Heilige Geest: triniteit
-Kerk: Protestant/ Rooms-Katholiek
-Christelijke feesten

Slide 5 - Slide

Opdrachten
  • Interview met iemand die christen is 

  • Zelf 6 vragen  verzinnen  voor degene die je interviewt 

  • In tweetallen, inleverdatum bespreken we samen

- Maak een product over 1 van de Christelijke Feesten: Kerst, Pasen, Pinksteren, Goede Vrijdag, Hemelvaart

Slide 6 - Slide

Zelfstandig en stil
- Neem het werkplan over en vul het in in je schrift
- Klaar? Verzin de 6 vragen voor je interview
-Klaar? Maak een start met je product

Slide 7 - Slide

Vandaag
  • Terugblik (15)

  • Zelfstandig/samenwerken (10)

  • Samenwerken
    - Levensvragen

  • Uitleg opdracht Christendom

Christelijk antwoord op levensvragen
Aan het einde van de les kun je vertellen welke antwoorden Christenen zouden geven op de levensvragen "wat is belangrijk in het leven", "hoe leven mensen met elkaar samen"  en "wat is de betekenis van lijden en dood". 







Slide 8 - Slide

Terugblik
  • Waar is het Christendom uit ontstaan? 
  • Wie was Jezus?
  • Wat betekenen 'triniteit', 'Messias' en 'opstanding'?
  • Noem 4 redenen waarom je leert over het christendom
  • Noem minstens 3 punten waar de meeste christenen het over eens zijn.

Slide 9 - Slide

Zelfstandig werken of samenwerken
  • Lezen t/m p. 99

  • Maken t/m opdracht 25 (online opdrachten overslaan)

Slide 10 - Slide

Christelijk antwoord op Levensvragen
Opdracht: Bespreek met je groepje de volgende vragen over de video's die jullie net hebben gezien:

1. Welke kernvragen zagen jullie in de video's?
2. Welk christelijk antwoord zouden jullie kunnen geven op de kernvragen die je kunt halen uit de video's?  
3. Zagen jullie dit christelijk antwoord ook terugkomen in de video's? Zo ja/nee, waarom? 
4. Op pagina 96 in het boek staan 5 regels bij de kernvraag 'hoe leven mensen met elkaar samen'. Welke van deze 5 regels zagen jullie terugkomen in het video's? 


Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Opdracht Christendom
  • Wat kun je vinden over de Christelijke levensbeschouwing in je buurt? Bijvoorbeeld:
    - Gebouwen
    - Mensen
    - Straatnamen
    - Feesten
    - Begraafplaatsen

Slide 14 - Slide

Opdracht Christendom
  • Inleiding
Wat gekozen en waarom?

  • Hoofdstukjes
Opdelen in stukjes, vragen beantwoorden en zelf 3 bij verzinnen

  • Afsluiting
Wat is je opgevallen? Wat heb je allemaal geleerd? Wat heb je persoonlijk aan de dingen die je hebt geleerd?

Voorbereiding met schema
+/- 1000 woorden (Ongeveer 2 A4tjes)

Slide 15 - Slide

Christelijk antwoord op Levensvragen
  • Opkomen voor de zwakkeren 
    - Rechtvaardigheid: solidariteit, opkomen voor je medemens ook als dat ten koste gaat van jezelf

  • Respectvol omgaan met natuur en milieu  
    - Mag genieten van de natuur, maar niet misbruiken. Zo mee omgaan dat je het zou kunnen teruggeven aan de schepper (God)

Slide 16 - Slide

Vandaag
  • Jezus als inspirerend persoon
  • Samenwerken
  • Belangrijke christelijke geschriften 

    1. Aan het einde van de les kun je vertellen waarom Jezus voor mensen een inspirerend persoon was/is

    2. Aan het einde van de les kun je vertellen wie Jezus is 

Slide 17 - Slide

Jezus als inspirerend persoon
  • Rabbi: een joodse leraar

  • Onderwees over de Joodse Heilige boeken (TeNaCH)

  • Verrichte wonderen en genas zieke mensen


Slide 18 - Slide

Jezus als inspirerend persoon
  • Leerlingen (apostolen) waren onder de indruk van Jezus

  • Het ging Jezus vooral om 2 dingen nastreven:
1. rechtvaardigheid en
2. de komst van het Rijk van God 

  • Mensen moeten meewerken aan Rijk van God, dat Rijk komt niet vanzelf

Slide 19 - Slide

Jezus als inspirerend persoon
  • Ergernis bij strenggelovige mensen, omdat Jezus de zwakkeren hielp zoals armen, zieken, zondaars en melaatsen (mensen die zijn uitgestoten)

  • Jezus riep op tot meer rechtvaardigheid

  • Leiders zagen Jezus als bedreiging, lieten hem kruisigen: de meest schandelijke vorm van executie. Na 3 dagen staat jezus op uit de dood

Slide 20 - Slide

Samenwerken
  • Lezen p. 100 t/m p. 103

  • Maken opdracht 26 t/m 29

  • Moeilijke woorden opschrijven!

Slide 21 - Slide

Vandaag
  • Terugblik
  • Bijbel 
  • Sacramenten 
  • Feesten
  • Samenvatting

Aan het einde van de les kun je vertellen wat de indeling van de bijbel is 

Aan het einde van de les kun je vertellen wat sacramenten zijn én welke sacramenten er zijn

Aan het einde van de les kun je de belangrijkste christelijke feesten opnoemen

Slide 22 - Slide

Bijbel
  • Bibla: Grieks voor 'boeken'

  • Oude testament
    - TeNaCH

  • Nieuwe testament
    - Geloof in God van de volgelingen van Jezus

Slide 23 - Slide

Nieuwe testament
  • Evangelies
    - 4 verhalen over Jezus
    (Mattheüs, Marcus, Lucas en Johannes)
    - Evangelie: Grieks voor 'goed nieuws'

  • Handelingen van apostelen
  • Brieven aan Christenen
  • Openbaring of Apocalyps 

Slide 24 - Slide

Sacramenten
  • Sacramenten: christelijke rituelen

  • 2 door Jezus: 
- Doopsel
- Eucharistie 

  • 5 extra door katholieke kerk:
- Vormsel
- Boete en verzoening
- Ziekenzalving
- Priesterwijding
- Huwelijk 

Slide 25 - Slide

Feesten
  • Kerstmis: Jezus geboren
  • Pasen: Jezus verrezen 
  • Hemelvaart: Jezus naar de hemel
  • Pinksteren: Heilige geest komt
  • Getal 7: volheid en voltooiing 
  • Bedevaart: tocht naar iets heiligs of waar iets bijzonders is gebeurd. Tocht zelf is erg belangrijk. 

Slide 26 - Slide

Samenvatting maken
  1. In groepjes van 3-4 leerlingen zitten
  2. Taken/onderdelen onderling verdelen
  3. Samenvatting maken van het onderdeel
  4. Aan het einde de samenvatting mooi, lopend en overzichtelijk maken (digitaal). 
    --------------------------------------------
  • Let op schuingedrukte woorden
  • Let op opsommingen
  • Let op het onderwerp van de tekst/alinea's: Waar gaat het over? Waar wordt speciaal aandacht aan besteed? 

Slide 27 - Slide

Vandaag
  • Terugblik vorige keer

  • Uitingsvormen christendom

  • Structuur van de christelijke boeken (de bijbel) 

    Je bent bekend met de belangrijkste uitingsvormen van het christendom en kunt beschrijven hoe de bijbel in elkaar zit. 

Slide 28 - Slide

Vorige keer
  • Ontstaan christendom

  • Kerk en de splitsingen 

  • Verschil protestant en katholiek

  • Christelijke antwoorden op levensvragen 

Slide 29 - Slide

Enkele leerpunten
  • Christus: gezalfde (eretitel)

  • Rabbi: joodse leraar

  • Discipelen of apostelen: leerlingen

  • Kwam veel op voor de zwakkeren 

  • Erfzonde en doopsel

Slide 30 - Slide

Schuld en schaamte
In het Westen:
  • Schuldcultuur
  • Onschuld belangrijker
  • Individualistisch (individu belangrijk)

In het Oosten:
  • Schaamte
  • Eer belangrijker
  • Collectivistisch (groep belangrijk)


Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Doen
Stil en zelfstandig

  • Lezen 100 t/m 103

  • Maken: 26, 27, 28, 30 en 31

Slide 33 - Slide

Vandaag
  • Indeling bijbel

  • Sacramenten

  • Feesten

  • Maak je eigen lesdoel

Slide 34 - Slide

Indeling van de bijbel
Bijbel
  • Oude testament
    - TeNaCH

  • Nieuwe testament
    - 4 evangelies (Marcus, Mattheüs, Lucas en Johannes)
    - Handelingen
    - Brieven
    - Openbaringen 

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Sacramenten
  • Christelijke rituelen bij belangrijke momenten in het leven 
  • Rituelen helpen gelovigen God te ervaren en ontmoeten 

    Belangrijke christelijke sacramenten:
  • Doopsel: opgenomen in de kerkgemeenschap, vergeving van erfzonde
  • Eucharistie: symbolisch avondmaal ter nagedachtenis aan jezus (wijn en brood/hostie)

    Nog 5 sacramenten in de katholieke kerk
  • Vormsel: bevestigd doop, kruisje met olie
  • Biecht: Spijt betuigen over fouten 
  • Ziekenzalving: Voor ernstig zieken of bijna doden
  • Priesterwijding: ritueel om priester te worden
  • Huwelijk: kerkelijk trouwen 

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Feesten
Kerstmis
  • Viering geboorte Jezus

Pasen
  • Viering opstanding Jezus 

Hemelvaart
  • Herdenking van Jezus die 40 dagen na Pasen terugkeert naar God de Vader

Pinksteren
  • Herdenking dat 50 dagen na Pasen en 10 dagen na Hemelvaart God zijn geest (de Heilige Geest) uitzendt over de geloofsgemeenschap 

Slide 39 - Slide

Planning
Vorige keer:
  • Sacramenten
  • Feesten

Vandaag:
  • Paragraaf 6
  • Zelfstandig werken + vragen 
  • Kahoot als jullie lief zijn

Slide 40 - Slide

Komende half uur
Zelfstandig het volgende doen:
  • Samenvatting maken van een paragraaf naar keuze
  • Vragen voor jezelf maken over onderwerpen die je echt niet begrijpt

  • Klaar met alles? Dan ga je toetsvragen maken met 1 goed antwoord en 3 foute antwoorden. Ga alle paragrafen af 

Slide 41 - Slide