SOA's deel 2

Seksueel Overdraagbare Aandoeningen
DEEL 2
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Seksueel Overdraagbare Aandoeningen
DEEL 2

Slide 1 - Slide

LET OP
Deze les staat gemarkeerd als 'toets'. 
Dat komt omdat wij dan goed kunnen controleren of je de les echt serieus gedaan hebt. Dat je alle vragen beantwoord hebt en ook de filmpjes bekeken. 


Slide 2 - Slide

Lesdoelen
- Je kunt de termen aids, hiv en seropositief uitleggen.  
- Je weet hoe je SOA's kunt voorkomen. 

Slide 3 - Slide

Wat is een SOA?

Slide 4 - Open question

Hoe kun je een SOA oplopen?

Slide 5 - Open question

AIDS
- Aids is de bekendste SOA.
- Aids tast het afweersysteem aan. 
- Daardoor kun je gemakkelijker ziektes krijgen (bv longonsteking) 
- Je overlijdt dan aan zo'n ziekte omdat je geen afweer meer hebt. 

Slide 6 - Slide

HIV
- Aids wordt veroorzaakt door het HIV (oftwel: het aids-virus)
-  iemand kan besmet zijn met HIV, maar toch niet ziek. Zo iemand noem je 'seropositief' 
- de meeste personen die besmet zijn met HIV, krijgen ook aids. Dit kan wel jaren duren.
- de 'Red Ribbon' is het internationale symbool voor mensen met hiv/aids.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Genezing 
- Er is nog geen medicijn gevonden om hiv/aids te genezen.
- Wel zijn er aidsremmers. Dit zijn medicijnen die je je leven lang moet gebruiken.
 - Aidsremmers zorgen ervoor dat het lang duurt voordat iemand met hiv ook daadwerkelijk aids krijgt. 
- Aidsremmers hebben veel bijwerkingen en zijn duur. 

Slide 9 - Slide

Hierdoor kan je GEEN aids/hiv krijgen: 
niezen
hoesten
zoenen
Iemand een hand geven
Elkaars bestek gebruiken
Uit elkaars kopje drinken

Slide 10 - Slide

Wat wordt bedoeld met: 'aids heeft geen specifieke ziekteverschijnselen'?

Slide 11 - Open question

Wanneer is iemand seropositief?

Slide 12 - Open question

Wat zijn in Nederland de twee belangrijkste bronnen van besmetting met het aidsvirus?

Slide 13 - Open question

Hoe komt het dat het zo lastig is om een geneesmiddel tegen aids te ontwikkelen?

Slide 14 - Open question



In welk deel van de wereld is het percentage seropositieve en aidspatiënten het snelst gestegen in 2006?
A
Noord-Amerika
B
Zuid- en Zuidoost-Azië
C
Oost-Europa en Centraal Azië
D
Afrika ten zuiden van de Sahara.

Slide 15 - Quiz

Kan een baby besmet raken als de moeder aids heeft? Leg uit waarom wel/niet.

Slide 16 - Open question

Vertel in 2 zinnen wat je in deze les hebt geleerd. Dingen die je nog niet wist.

Slide 17 - Open question