les 3: 25 feb

nagelstyling les 25 feb
Tips
1 / 18
next
Slide 1: Slide
nagelMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

nagelstyling les 25 feb
Tips

Slide 1 - Slide

Vandaag
- theorie tips
- oefentoets

Slide 2 - Slide

Wat is het verschil tussen sjablonen en tips?

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Video

Tips

De voorbereiding van de nagels is belangrijk bij het zetten van een goede tip, dit zorgt er namelijk voor dat de tip blijft plakken.
1. Nagelriemen terugduwen.
2. Nagel opruwen met de vijl, en in model vijlen. 100 gritt
3. Passende tip zoeken per nagel.
4. Eventueel de tip in model vijlen van de nagel zodat deze past.
5. Op de plakrand, nagellijm plaatsen.
6. De tip eerst tegen de nagelrand plaatsen en dan op de nagelplaat.
7. Enkele seconden aandrukken.
8. Met de tip knipper de tips korter maken naar wens. Met het mesje naar je toe.
9. Tip in model vijlen. 100/180 gritt.
10. Met de 100/180 gritt vijl de tip laten overlopen door alleen op het plak randje te vijlen.
11. Met de vijl even over de tip gaan, zodat de glans hiervan af is.






De voorbereiding van de nagels is belangrijk bij het zetten van een goede tip, dit zorgt er namelijk voor dat de tip blijft plakken.
1. Nagelriemen terugduwen.
2. Nagel opruwen met de vijl, en in model vijlen. 100 gritt
3. Passende tip zoeken per nagel.
4. Eventueel de tip in model vijlen van de nagel zodat deze past.
5. Op de plakrand, nagellijm plaatsen.
6. De tip eerst tegen de nagelrand plaatsen en dan op de nagelplaat.
7. Enkele seconden aandrukken.
8. Met de tip knipper de tips korter maken naar wens. Met het mesje naar je toe.
9. Tip in model vijlen. 100/180 gritt.
10. Met de 100/180 gritt vijl de tip laten overlopen door alleen op het plak randje te vijlen.
11. Met de vijl even over de tip gaan, zodat de glans hiervan af is.




Slide 5 - Slide



Tips:
- Houd je vijl schuin zodat je preciezer op het plakrandje kan vijlen.
- Knip desnoods 2 keer, als de nagel te kort is dan moet je overnieuw plakken.
- Controleer de lengte van de vingers, of deze per hand gelijk zijn.

Slide 6 - Slide

afwijkende vormen

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

verschillende vormen

Slide 9 - Slide

Tenslotte hebben we nog een aantal afwijkende vormen:
- Geribbelde nagels in de lengte.
- Geribbelde nagels in de breedte.
- Nagelbijter.
- Extreme nagelbijter.

Slide 10 - Slide

Tip vormen

Slide 11 - Slide

-Platte tips
-Bolle tips
Om een tip goed te kunnen laten passen kunnen we dit op een aantal punten controleren.
- De tip moet breed genoeg zijn, dus passend van zijwal tot zijwal.
- De tip moet soepel op de nagel kunnen schuiven. Dus geen druk.
- Het verloop van de tip mag niet te veel naar beneden of naar boven hellen.
- Het opplakstukje dient te worden ingekort.
- De tip moet op de nagelplaat aansluiten.

Slide 12 - Slide

plakken van tips

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video


1.
- Probeer de vrije rand van het nageluiteinde van de natuurlijke nagel de vorm 
van het toppoint te geven.
- Voorzie de uitgevijlde plakrand van de tip met lijm.
2.
- Zet het stoppoint van de tip tegen het einde van de natuurlijke nagel en laat het overlappingsgedeelte op de natuurlijke nagel aansluiten. Houd dit 3sec vast.
3.
- Verwijder de resten lijm met een stukje keukenrol of een celstofdepper.
4.
- De tip is klaar om het nog onzichtbare deel van het opplakrandje onzichtbaar te vijlen.


Slide 15 - Slide

1. Knip de tip op de juiste lengte met de tipknipper. De regels voor de maximale lengte van een kunstnagel: 1/3 van de lengte van het nagelbed mag over de nageltop afsteken, dat betekent 1/3 van de totale lengte van de nagel.

2. Vijl de juiste vorm aan de nageluiteinde.
3. Begin de tip uit te vijlen van het vrije nageluiteinde naar het opplakstukje met de 150 gritt vijl.
4. Het eventueel nog witte zichtbare waasje van het opplakstukje kan verwijderd worden met de vijl.



Slide 16 - Slide

Voor het bepalen van de vorm en de lengte van de kunstnagels zijn er een aantal punten waarop moet worden gelet:
1. De lengte van de vinger.
2. De vorm van de hand.
3. De vorm van de nagelriem.
4. De stand van de vingers.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide