WEBB Markt en overheid 1.18 t/m 1.20

Welkom
5 havo ECONOMIE  ||  2022-2023
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
5 havo ECONOMIE  ||  2022-2023

Slide 1 - Slide

Wat zijn de marginale kosten van de 1.000e fiets?

A
350
B
1850
C
1950
D
2400

Slide 2 - Quiz

Maximale winst berekenen bij stijgende marginale kosten 
Maximale winst is nog steeds MO=MK alleen nu stijgen de MK bijvoorbeeld doordat je extra personeel moet inschakelen als je meer produceert. 
 
Wanneer is er dan 
maximale winst? 

Slide 3 - Slide

Totale winst
  • TO - TK
  • Je blijft produceren zolang MO groter is dan MK. 
  • Elk product blijft je dan meer opleveren dan dat het kost. 

Slide 4 - Slide

Maximale winst bij volkomen concurrentie
Als we deze regels volgen kunnen we de maximale winst bij volkomen concurrentie berekenen. 

Hierbij maken we gebruik van twee grafieken: een collectieve grafiek met QA en QV en een individuele grafiek met MK en GTK. 

Het berekenen van de maximale winst doen we in de volgende stappen:

Slide 5 - Slide

Stap 1: Zoek p* bij QA = QV

Slide 6 - Slide

Stap 2: p = MO en p is altijd gelijk. Teken daarom in de individuele grafiek een MO-lijn ter hoogte van de evenwichtsprijs

Slide 7 - Slide

Stap 3: Maximale winst bij MO = MK. Vind hier q*

Slide 8 - Slide

Stap 4: Ga naar beneden vanaf het snijpunt en vind GTK voor q*

Slide 9 - Slide

Maximale winst bij een markt van volkomen concurrentie. 


Slide 10 - Slide

Maximale winst arceren
  1. Welke ster geeft maximale winst aan?
  2.  Maximale winst arceren. 

Slide 11 - Slide

Breken de maximale Winst.

Slide 12 - Slide

Bereken
maximale winst

Slide 13 - Open question

Maximale winst berekenen
MO = MK bij 80 stuks.  --> je vindt hoeveel stuks er verkocht worden. 
TW = TO - TK
TO = 8 x 80 = 640 euro. 
TK = 6,25 x 80 = 500 euro
640 - 500 = 140 euro winst. 

Slide 14 - Slide

Aan het werk
Maken 1.18 t/m 1.20
Nakijken
  • Wat heb je goed gedaan?
  • Wat kun je beter doen?

1.19 laten checken. 

Slide 15 - Slide