Poëzie - les 1

Poëzie
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Poëzie

Slide 1 - Slide

Lees je vaak poëzie?
Ja
Af en toe
Nee

Slide 2 - Poll

Wat betekent poëzie voor jou?

Slide 3 - Open question

Ben je nieuwsgierig naar poëzie?
Ja
Een beetje
Nee

Slide 4 - Poll

Schrijf je zelf weleens gedichten?
Ja
Nee

Slide 5 - Poll

HONGER

we moeten praten over lichamen, mijn lichaam
bij jouw lichaam is adem honger
de honger van een halve tweeling

honger raakt mij aan, raakt mij aan
het geheim van honger is herinnering
het tegenovergestelde van vergeten

dolende lichamen hol van honger
wandelaar, inbreker, vreemdeling
dansen in het licht van nooduitgangen

jouw lichaam spatie mijn lichaam

Slide 6 - Slide

a) Wat is volgens jou het thema van het gedicht 'Honger'?

b) Wat moeten de geïnteresseerden doen om zich kandidaat te stellen?
  • Ze moeten hun favoriete regel uit het gedicht kiezen, en met het lichaamsdeel naar keuze een korte motivatie geven.

Slide 7 - Slide

c) Waarop is het gedicht 'Honger' een vervolg?
  • Het is een vervolg op zijn vorige gedicht, 'Volksbevraging'.

d) Wat bevroeg stadsdichter Maarten Inghels in zijn vorige stadsgedicht?
  • Hij stelde vragen over het gemoed, geloof en cultuur van de stadsbewoner.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

a) Waarom wilde stadsdichter Maarten Inghels zijn gedicht op verschillende mensen laten tatoeëren?
  • Hij vindt het een krachtig beeld, omdat er geen betere manier is om kunst en leven samen te laten vallen.

b) De getatoeëerde deelnemers vertelden waarom de versregel die zij uitkozen zo speciaal voor hen is. Welke versregel zou jij uitkiezen? Waarom?

Slide 10 - Slide

Veel mensen denken bij poëzie aan iets ontoegankelijk, iets hoogs en moeilijks wat bijna niemand leest. Poëzie is dood, zeggen mensen. Maar dat klopt niet. Poëzie wordt veel meer gelezen dan je misschien denkt. Gedichten zijn op heel veel plekken te vinden, ook waar je ze misschien niet verwacht, zoals in dit geval op iemands lichaam in de vorm van een tatoeage. 

Slide 11 - Slide

c) Waar kom je nog poëzie tegen in je dagelijkse leven? Geef minimaal drie voorbeelden.
  • Bijvoorbeeld op Instagram, Twitter, op straat, in rouwbrieven, enz. 

Slide 12 - Slide

Een gedicht van Henk Renting te lezen op een muur in Eindhoven. 
Een gedicht van ‘SMOOJ te lezen op Instagram.

Slide 13 - Slide

Een gedicht van Yvonne Franssen te lezen op Twitter. 
'Agenda' van Erik van Os te lezen in een poëziebundel.

Slide 14 - Slide

a) Welk thema hebben deze gedichten?
  • Liefde

b) Welk gedicht spreekt jou het meeste aan? Waarom?

c) Moet een gedicht altijd rijmen?
  • Nee, een gedicht kan ook poëzie zijn zonder rijm.

Slide 15 - Slide

d) Het eerste, tweede en derde gedicht hebben geen titel. Welke titel zou jij deze gedichten geven? Bedenk een titel en schrijf deze in het kader boven het gedicht.

    Slide 16 - Slide

    e) Zijn de gevoelens in het vierde gedicht wederzijds? Waaruit kun je dit afleiden?
    • De gevoelens zijn niet wederzijds. Dit kun je afleiden uit de laatste strofe, omdat de persoon antwoordt dat hij/zij niet mag overdrijven en niet in zijn dagboek mag schrijven.

    Slide 17 - Slide

    f) Wat bedoelt Henk Renting volgens jou met de laatste regel in zijn gedicht?

    Slide 18 - Slide

    De school

    De bel geeft het begin aan,
    Het begin van de mierenhoop.
    Iedereen loopt door elkaar,
    Haasten naar de volgende les,
    Tot de bel weer gaat.

    De school

    De bel geeft het begin aan,
    het begin van de mierenhoop.
    Iedereen loopt door elkaar,
    haasten naar de volgende les,
    tot de bel weer gaat.

    Slide 19 - Slide