This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Lerend netwerk klassieke talen 2de graad
Slide 1 - Slide
Mogen de termen voorwerps- en onderwerpsgenitief nog gebruikt worden?
ja
nee
Slide 2 - Poll
Geef een voorbeeld vraag voor LPD 2: De leerlingen onderscheiden gelijkenissen en verschillen tussen het taalsysteem van het Latijn en een modern taalsysteem.
Slide 3 - Open question
Een zin met het onderwerp voor de bijzin geplaatst: geef twee verschillen in woordvolgorde tussen het Latijn en het Nederlands (gemeenschappelijk onderwerp komt helemaal vooraan + gezegdes achteraan)
Los van teksten: leg aan de hand van de losse ablatief een belangrijk verschil tussen het Latijn en het Nederlands uit.
Geef een voorbeeld van het feit dat het Latijn een compactere taal is dan het Nederlands.
Slide 4 - Slide
Geef een voorbeeld vraag voor LPD 3: De leerlingen lezen Latijnse tekstfragmenten voor volgens de algemene regels van de Latijnse uitspraak met aandacht voor articulatie, de lengte van klinkers en de juiste klemtoon.
Slide 5 - Open question
Leerlingen zichzelf laten opnemen; dan kan je ook feedback geven. Koppelen aan LPD 36!
Slide 6 - Slide
Welke LPD behandelt deze opdracht: Póstero die Vespasiānus hīs verbis laetus eum salutāvit. Bepaal NGG van laetus en verklaar hoe het daaraan komt.