Agogiek 2e jaars (22.1 & 22.2)

Conflictsituaties en conflicthantering 
1 / 10
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Conflictsituaties en conflicthantering 

Slide 1 - Slide


Programma van vandaag

  • Inleiding
  • Wat is een conflict?
  • Uitleg periode 1 (digitaal filmpje) 

Slide 2 - Slide

Inleiding 

Als beroepskracht MZ kun je conflicten krijgen met collega's, maar ook met cliënten.  Wanneer je een conflict hebt met een cliënt is dit vanuit je beroep.  Als een conflict uit de hand loopt, moet je tóch echt weer verder met de cliënt..



Slide 3 - Slide

Waar denk jij aan als je het woordje 'conflict hoort?

Slide 4 - Mind map

Wat is een conflict?
Overal waar mensen samenzijn of samenwerken, ontstaan conflicten. Als beroepskracht MZ is een samenwerking zonder conflicten moeilijk voor te stellen. 

Een conflict  is namelijk niets anders dan  een situatie waarin twee of meer mensen tegengestelde opvattingen, belangen en behoeften hebben. Je hebt dus een meningsverschil met iemand. 

Het effect van een conflict kan zowel positief als negatief uitpakken. Het gaat er uiteindelijk om wat de partijen willen bereiken.

Slide 5 - Slide

Wat is een conflict?
Veel mensen hebben moeite met een conflict, omdat er niet goed geluisterd wordt. Tijdens een conflict spelen emoties, botsende persoonlijkheden, irritaties etc. een rol. 

Het lukt vaak niet om vriendelijk te blijven en op zoek te gaan naar oplossingen, terwijl dat toch de manier is om een conflict op te lossen! 

Slide 6 - Slide

Heb jij wel eens een conflict gehad met een cliënt of een collega?
Licht deze situatie toe.

Slide 7 - Open question

Praktijkvoorbeeld
Er is een conflict tussen Maikel en Edo ontstaan. Maikel en Edo staan lijnrecht tegenover elkaar. Dat is niet alleen Edo's schuld. Maikel is er bij voorbaat van overtuigd dat Edo de fiets gestolen heeft. Edo reageert weinig invoelend en zonder begrip. Edo had ook kunnen zeggen : 'Gevonden, hoe bedoel je?', 'vertel eens' of 'jij bent de eerlijke vinder'. 

Slide 8 - Slide

Waardoor is hier een conflict ontstaan en hoe merk je dat dit een conflict is? Licht je antwoord toe.

Slide 9 - Open question

Einde!
Volgende keer gaan we het hebben over de soorten conflicten en de verschijningsvormen van conflicten. 

Slide 10 - Slide