Meten en meetkunde

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

AVO-les

• Leesmoment
  
• Uitleg Meten en meetkunde
• Verder met Studiemeter

Leesmoment

Meten en meetkunde

Ik weet wat de oppervlakte en omtrek betekenen en ik kan de omtrek en oppervlakte van rechthoekige figuren uitrekenen

Als je een muur gaat schilderen, is het handig om te weten hoe groot de muur is. Je hebt het dan over de oppervlakte van de muur.

Hoe bereken je de omtrek van een rechthoek?

1. lengte x breedte
2. lengte + breedte
3. lengte + breedte + lengte + breedte
4. lengte + lengte

Ik heb een rechthoek van 6cm bij 10 cm. De omtrek van deze rechthoek is?

1. 60cm
2. 32cm
3. 40cm
4. 24cm

Hoeveel cm touw heb je nodig voor de omtrek?

1. 14 cm
2. 8 cm
3. 22 cm
4. 2,2 cm

Wat is de omtrek van deze vierkant?

Wat is de omtrek van deze vierkant?

Wat is de omtrek?
Schrijf alleen het getal op.

Wat is de omtrek?
Schrijf alleen het getal op.

gelijke opppervlakte 

Doel: ontdekken dat figuren met de oppervlakte van één A4-papier (in 4 stroken) er verschillend uit kunnen zien.

Materialen:

A4 papier

Scharen

Plakband

Nabespreken:

Hoeveel verschillende figuren zijn er gevonden?

Zijn er figuren bij die niet mogen?

Wat weet je van de oppervlakte van de figuren?

Hoe bereken je de oppervlakte van een rechthoek?

1. lengte x breedte
2. lengte + breedte
3. lengte + breedte + lengte + breedte
4. lengte + lengte

Ik heb een rechthoek van 6 cm bij 10 cm. De oppervlakte van deze rechthoek is?

1. 60cm
2. 32cm
3. 40cm
4. 24cm

Wat is de oppervlakte van de slaapkamer?

Schrijf op.
Let op: 1 hokje is 1 m
je hoeft alleen het getal in te voeren