HST 4.1 deel 2

De Tweede Wereldoorlog

HST 4.1 Oorlog in Europa
1 / 35
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisVoortgezet speciaal onderwijsMiddelbare schoolmavoLeerroute MLeerjaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

De Tweede Wereldoorlog

HST 4.1 Oorlog in Europa

Slide 1 - Slide

Planning
Doel: Verloop Tweede Wereldoorlog

Toets: toetsweek 3 (HST 4.1, 4.2, 4.3 &4.4)

Missie: tijdlijn  Tweede Wereldoorlog

Slide 2 - Slide

Hitler in de politiek

  1. Verdrag van Versailles is slecht
  2. Jodenhaat
  3. Duitsland heeft Lebensraum (levensruimte nodig)
  4. Er moet één sterke leider komen

  • In 1932 werd de NSDAP de grootste partij
  • Hitler schaft meteen de democratie af!

Slide 3 - Slide

  • Partij: NSDAP
  • Ideologie: nationaalsocialisme

- 1 sterke leider
- nationalisme
- Militarisme
- anti democratisch
- anti semitisme (jodenhaat)
- Rassenleer



Adolf Hitler

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Geheime afspraak

  • Hitler heeft een geheim verdrag met Rusland (niet-aanvalsverdrag
  • Rusland valt Duitsland niet aan als er oorlog is.
  • In ruil daarvoor krijgen zij een stuk van Polen.

Slide 8 - Slide


Duitsland valt Polen aan
1 september 1939




"Vanaf 5:45 uur wordt teruggeschoten!"

Hitler geeft aan dat hij wel móet reageren op een Poolse aanval op een 
Duits radiostation. De Duitsers hebben deze aanval in scène gezet.

Slide 9 - Slide

Frankrijk en Groot-Brittannië verklaren Duitsland de oorlog

1939-1945

Slide 10 - Slide

Duitsland valt Polen aan
1 september 1939

Slide 11 - Slide

Mussolini (Italië)
  • Voorbeeld van Hitler
  • Ideologie: Fascisme

> Ideologie (ideeën over besturen land)
- 1 sterke leider
- nationalisme
- Militarisme
- anti democratisch


Slide 12 - Slide

Frankrijk en Groot-Brittannië verklaren Duitsland de oorlog

1939-1945

Slide 13 - Slide


Blitzkrieg in West-Europa
april-juli 1940




  • Snelle en efficiënte manier van oorlog voeren
  • Bombardementen en strategische doelen veroveren
  • Deze manier van oorlogsvoering wordt ook wel Blitzkrieg genoemd.

Slide 14 - Slide

Operatie Barbarossa
juni - december 1941





  • Ondanks het niet-aanvalsverdrag van 1939, valt Duitsland de Sovjet-Unie aan:
  • Hitler heeft de 'Lebensraum' en de grondstoffen nodig voor zijn volk.

Slide 15 - Slide

Slag bij Stalingrad
augustus 1942 - februari 1943




  • Door de ijzige kouwordt het Duitse leger verslagen.
  • Hitler moet opgeven: Stalingrad blijkt niet te veroveren.
  • Het wordt een keerpunt in de oorlog: 
  • de Sovjet-Unie begint met het terugdringen van het Duitse leger.

Slide 16 - Slide

Huiswerk
  • Missie tijdlijn inleveren voor maandag
  • Eerste blok samenvatting (9 doelen)voor woensdag


Slide 17 - Slide

Wat is geen kenmerk van het nationaalsocialisme van Hitler?
A
nationalisme
B
antidemocratisch
C
socialistisch
D
rassenleer

Slide 18 - Quiz

Welk land nam Hitler als eerste over?
A
Sudetenland
B
Oostenrijk
C
Servië
D
Tsjecho-Slowakije

Slide 19 - Quiz

Groot-Brittannië deed aan containmentpolitiek: tegemoet komen van Duitsland.
Waarom?

Slide 20 - Open question

Met welk land sloot Duitsland een geheim verdrag om elkaar niet aan te vallen en Polen te verdelen?

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Duitsland valt Polen aan
1 september 1939


  • Hitler heeft een geheim verdrag met Rusland (niet-aanvalsverdrag)
  • Rusland valt Duitsland niet aan als er oorlog is
  • In ruil daarvoor krijgen zij een stuk van Polen.

Slide 35 - Slide