FA trede 4.5 ontkenning

Vendredi, le 22 avril



Mercredi, 1er décembre
1 / 19
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vendredi, le 22 avril



Mercredi, 1er décembre

Slide 1 - Slide

Planning du jour
Objectifs
- Ik kan korte Franse zinnen ontkennend maken. 
- Ik kan een stukje schrijven over school en hobby's en daarin ontkenningen gebruiken. 
Activités
- Voorkennis activeren                                                5 min.
- Werkdoel groep C                                                        2 min.
- Révision groep A en B                                               10 min.
- Werkdoel groep A en B                                              2 min.
- Écrire - Schrijfopdracht                                            15 min. 
- Exit ticket                                                                         5 min. 

Slide 2 - Slide

Inchecken: Bonjour, ça va?
010

Slide 3 - Poll

Slide 4 - Video

La négation - De ontkenning
Hoe maak ik een Franse zin ontkennend?​

De ontkenning in het Frans bestaat uit twee delen: ne + pas. 

Om zinnen ontkennend te maken, zet je het eerste deel 
van de ontkenning (ne) vóór de persoonsvorm en het 
tweede deel (pas) direct achter de persoonsvorm.

Ik ga niet naar huis. – Je ne vais pas à la maison.

Slide 5 - Slide

La négation - De ontkenning
Attention!
Als de persoonsvorm begint met een klinker of een stomme h dan verandert ne in n’.​

Zij houdt van appels.          - Elle aime les pommes. 
Zij houdt niet van appels. - Elle n’aime pas les pommes. 


Slide 6 - Slide

Les lunettes

Slide 7 - Slide

Le hamburger 

Slide 8 - Slide

Werkdoel groep C
Qui? Les élèves de groupe C.
Quoi? Werk de schrijfopdracht uit op het stencil.
Comment? Individuellement en silence.
Aide? Gebruik je boek of parkeer je vraag tot ik straks rondloop.
Prêt? Bekijk de klaaropdracht op je stencil.  

Slide 9 - Slide

Meer voorbeelden:



J'aime les films drôles.
J'habite à Paris.
Il regarde la télévision.
Nous sommes malades.







Je n'aime pas les films drôles.
Je n'habite pas à Paris.
Il ne regarde pas la télévision.
Nous ne sommes pas malade.

Slide 10 - Slide

Wat is de persoonsvorm in de volgende zin?
Nous parlons français.

Slide 11 - Mind map


Maak de zin ontkennend:
Nous parlons français.

Slide 12 - Open question

Wat is de persoonsvorm in de volgende zin?
Elle danse toute seule.

Slide 13 - Mind map


Maak de zin ontkennend:
Elle danse toute seule.

Slide 14 - Open question

Wat is de persoonsvorm in de volgende zin?
Charlotte travaille au restaurant.

Slide 15 - Mind map


Maak de zin ontkennend:
Charlotte travaille au restaurant. 

Slide 16 - Open question

Ik beheers de theorie om Franse zinnen ontkennend te maken.
010

Slide 17 - Poll

Werkdoel groep A en B
Qui? Les élèves de groupe A et B.
Quoi? Werk de schrijfopdracht uit op het stencil.
Comment? Individuellement 
Aide? Gebruik je boek, stel de vraag zachtjes aan je buur of steek je vinger op. 
Prêt? Studeer voor de woordjestoets.
Utilise Quizlet/studiewijzer/papieren versie. 
timer
15:00

Slide 18 - Slide

Exit ticket
Objectifs
- Ik kan korte Franse zinnen ontkennend maken.
- Ik kan een stukje schrijven over school en hobby's en daarin ontkenningen gebruiken. 

Avant de partir --> vul voor het verlaten van de les de exit ticket in!

Slide 19 - Slide