Nederlands Hfst 1 woordenschat synoniemen

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Een synoniem is...
A
het zelfde woord, andere betekenis.
B
een ander woord, zelfde betekenis.

Slide 6 - Quiz

absent
A
afwezig
B
aanwezig
C
blij

Slide 7 - Quiz

Gebrek
A
verschijnsel
B
tekort
C
vorming
D
realatie

Slide 8 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een synoniem?
A
Kat - hond
B
Groot - groter
C
Simpel - gemakkelijk

Slide 9 - Quiz

Wat is een voorbeeld van synoniemen?
A
groot en groter
B
viool en trompet
C
stuk en kapot
D
dag en nacht

Slide 10 - Quiz

Geef een voorbeeld van een synoniem

Slide 11 - Open question

timer
16:00

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide