This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Par 4 Nederland na de Koude Oorlog
Slide 1 - Slide
Lezen
Blz 180, stukjes kritiek op de verzorgingsstaat en poldermodel.
Blz 182, stukjes multiculturele samenleving en de Nederlandse identiteit
Slide 2 - Slide
Quiz
Maar eerst gaan we kijken wat jullie nog weten van de vorige lessen..
Slide 3 - Slide
Wat is het belangrijkste doel van de EU?
A
Zorgen voor een goede industrie
B
Corona bestrijden
C
Zorgen voor welvaart en vrede
D
Zorgen voor de Euro
Slide 4 - Quiz
Hoe heet de Duitse aanval op de Sovjet-Unie?
A
Operatie Market-Garden
B
Operatie Von Schlieffen
C
Operatie Barbarossa
D
Operatie Blitzkrieg
Slide 5 - Quiz
Welke zin hoort niet bij Nederland tijdens de Duitse bezetting?
A
De bevolking kreeg voedselbonnen
B
Er was censuur
C
Er was eerlijke rechtspraak
D
De NSB was de enige overgebleven partij
Slide 6 - Quiz
1919
1914
1917
Slide 7 - Drag question
Welke zin over loopgraven is niet juist?
A
bestaan uit prikkeldraad, bunkers en tunnels
B
werden bestookt met zwaar geschut en gifgas
C
liggen tussen Nederland en Frankrijk
D
miljoenen slachtoffers maar geen terreinwinst
Slide 8 - Quiz
De oorlog tegen het terrorisme begon na...
A
9/11
B
de oorlog in Srebrenica
C
de Koude Oorlog
D
de Tweede Wereldoorlog
Slide 9 - Quiz
Wie is dit en van welk land is hij de leider?
A
Adolf Hitler en Nazi-Duitsland
B
Josef Stalin en Duitsland
C
Winston Churchill en Frankrijk
D
Winston Churchill en Groot-Brittannië
Slide 10 - Quiz
Koppel de juiste antwoorden aan elkaar
Censuur
Collaboratie
Verzet
Communisme
In een officiele Nederlandse krant wordt D-Day een mislukking genoemd
Een Nederlandse boer verstopt twee neergeschoten Britse piloten in de schuur
Een Nederlandse burgermeester wijst de Duitsers alle Joden aan in de gemeente
Politiek systeem waarin de overheid bepaald wat er wordt geproduceerd, de prijzen en iedereen werk heeft.
Slide 11 - Drag question
Welk onderdeel van het EU-bestuur komt met wetsvoorstellen?
A
Europees Parlement
B
Europese Commissie
C
Raad van Ministers
D
Europees Hof van Justitie
Slide 12 - Quiz
Wie controleert de Europese Commissie?
A
Europese Unie
B
Europese Commissie
C
Europees Parlement
D
Raad van Ministers
Slide 13 - Quiz
Wat is niet waar?
A
EU-wetten gaan boven die van een lidstaat.
B
EU-wetten gelden soms maar voor één land.
C
EU-wetten gelden voor alle lidstaten.
D
EU-wetten worden door twee groepen gekeurd.
Slide 14 - Quiz
Welke uitspraak is onjuist over de wereld na de Koude Oorlog
A
De NAVO breidt zich steeds verder uit richting Rusland
B
De Europese Unie breidt zich steeds verder richting Rusland
C
In Joegoslavië ontstond een burgeroorlog
D
Rusland vindt de uitbreiding van de NAVO en de EU wel prima
Slide 15 - Quiz
De schoolstrijd is een belangrijk onderwerp bij de volgende zuil:
A
Liberalisme
B
Confessionalisme
C
Socialisme
D
Populisme
Slide 16 - Quiz
Hoe komt in de EU een wet tot stand? Zet dit in de juiste volgorde.
Het wetsvoorstel wordt besproken in het Europees Parlement
Er is een nieuwe Europese wet van kracht
Het wetsvoorstel gaat naar de Raad van Ministers
De Europese Commissie bespreekt het wetsvoorstel
Slide 17 - Drag question
Kiessysteem waarbij de meeste stemmen in een gebied gelden en alleen de winnaar in de Kamer komt.
A
Stelsel van evenredige vertegenwoordiging
B
Provinciale Staten
C
Districtenstelsel
D
Eerste Kamersysteem
Slide 18 - Quiz
Mindmap
Pen en schrift op tafel, we gaan een mindmap maken over deze paragraaf.
Slide 19 - Slide
Herhalen
Nederland bezet 1940-1945
Wederopbouw
Drees
Consumptiemaatschappij
Ontzuiling
Secularisatie
Verzorgingsstaat
Slide 20 - Slide
Economische achteruitgang
vanaf 1980
Er is veel werkloosheid kritiek op de uitkeringen: verzorgingsstaat Voor elkaar zorgen wordt steeds minder vanzelfsprekend: waar het eerst 'wij' was, wordt het steeds sneller 'ik': individualisering.
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Poldermodel
Om de economische problemen op te lossen, gaan de overheid, werkgevers en vakbonden vanaf 1982 samenwerken. Dit heet het poldermodel. Vanaf 1985 groeit de economie weer en vanaf 1995 groeit de economie zelfs enorm en daalt de werkloosheid snel.
Slide 23 - Slide
Multiculturele samenleving?
Vanaf de jaren '80 blijkt het beeld van de multiculturele samenleving waarin groepen mensen van verschillende culturen gelijkwaardig met elkaar samenleven, steeds vaker niet te kloppen. Verschillende groepen leven eerder náást elkaar dan mét elkaar. Tegenwoordig wordt daarom liever gesproken van een nieuwe verzuiling
Slide 24 - Slide
Nederlandse identiteit?
Wie is 'ons'? En wat bedoelen 'onze cultuur' en 'onze geschiedenis'? Het blijft een lastige discussie.
De wereld kleiner is geworden: we zijn voortdurend in contact met andere delen van de wereld, bijvoorbeeld via internet. Ook lijken sommige van onze gebruiken op die van mensen in andere delen van de wereld. Dit heet: globalisering
Slide 25 - Slide
Globalisering
Dit is de steeds verdergaande wereldwijde uitwisseling van mensen, goederen, informatie en geld.
De hele wereld gaat op elkaar lijken.
Slide 26 - Slide
Beatrix
Beatrix is koningin van de Nederlanden tussen 1980 en 2013.
Hoewel ze als koningin zakelijk is, worden zij en haar man, de Duitser Claus von Amsberg erg geliefd. Zeker haar optredens bij rampen waarderen mensen enorm. In 2013 stopt Beatrix en wordt haar oudste zoon Willem-Alexander koning.
Slide 27 - Slide
Quiz
Eens kijken wie er goed heeft opgelet..
Slide 28 - Slide
Poldermodel, welke omschrijving past hierbij?
A
Niet met elkaar praten en ook niet dichter naar elkaar toe komen.
B
Tegengestelde partijen praten veel met elkaar om tot een oplossing te komen bij een meningsverschil.
C
Stichting van de Arbeid.
D
Overleg tussen werkgevers en werknemers.
Slide 29 - Quiz
Waarom was de multiculturele samenleving volgens sommigen mislukt?
A
Er waren te veel culturen in Nederland
B
Nederland was te vol
C
Culturen leefden in zuilen langs elkaar
D
Allochtonen werden gediscrimineerd
Slide 30 - Quiz
Het poldermodel betekent eigenlijk een overlegeconomie.
A
juist
B
onjuist
Slide 31 - Quiz
Zonder globalisering zou de wereld er heel anders uit zien.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 32 - Quiz
De verzorgingsstaat kwam vanaf de jaren '80 onder druk, er kwam kritiek op.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 33 - Quiz
Wat is de juiste volgorde van staatshoofden?
Willem-Alexander
Juliana
Koning Willem II
Koning Willem III
Wilhelmina
Beatrix
Slide 34 - Drag question
Via het poldermodel wordt er meestal wel een overeenkomst gevonden tussen werkgever en werknemer.
A
juist
B
onjuist
Slide 35 - Quiz
En nu?
Ga rustig aan de slag met de vragen van paragraaf 6.4 in je online werkboek.