Taal groep 6 - les 7.14

Taal les 7.14
Leerdoelen:
  • Ik kan werkwoorden waarbij de stam eindigt op een -d of een -t goed schrijven. 
  • Ik kan van een werkwoord een zelfstandig naamwoord maken.
  • Ik kan een woord in lettergrepen verdelen. 

1 / 30
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 6

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Taal les 7.14
Leerdoelen:
  • Ik kan werkwoorden waarbij de stam eindigt op een -d of een -t goed schrijven. 
  • Ik kan van een werkwoord een zelfstandig naamwoord maken.
  • Ik kan een woord in lettergrepen verdelen. 

Slide 1 - Slide

Leerdoel 1:
Ik kan van een werkwoord een zelfstandig naamwoord maken.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Gisteren hoorde Jesper een vogeltje fluiten. Het wat een prachtig ... . (fluiten)

Slide 4 - Open question

Toen zag hij het vogeltje vallen. Het was een ... uit een hoge boom. (vallen)

Slide 5 - Open question

Het vogeltje stopte met fluiten. Het ... veranderde in gepiep. (fluiten)

Slide 6 - Open question

De onverschrokken Jesper vervoerde het vogeltje naar de dierenarts. Het ... ging goed. (vervoerde)

Slide 7 - Open question

Door zijn snelle actie redde hij het vogeltje. Het was een mooie ... . (redde)

Slide 8 - Open question

Daarom vermelden we dit in de krant. Jesper verdient een eervolle ... . (vermelden)

Slide 9 - Open question

Leerdoel 2:
Ik kan werkwoorden waarbij de stam eindigt op een -d of een -t goed schrijven. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Hij zette de woorden op een rij.

Slide 13 - Open question

Hij dichtte 's morgens, 's middags en 's avonds.

Slide 14 - Open question

Hij rustte geen moment van de dag.

Slide 15 - Open question

Mijn vader en moeder mopperden.

Slide 16 - Open question

Zelfs de huisarts raadde aan om meer slaap te nemen.

Slide 17 - Open question

Hij vermeldde erbij dat een slaaptekort zorgt voor een slechte gezondheid.

Slide 18 - Open question

Ik verwachtte niet dat mijn broertje luisterde.

Slide 19 - Open question

Hij kladde vast nog meer velletjes vol.

Slide 20 - Open question

Leerdoel 3:
Ik kan een woord in lettergrepen verdelen. 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Schrijf het woord in lettergrepen:
belangrijke

Slide 23 - Open question

Schrijf het woord in lettergrepen:
kinderboeken

Slide 24 - Open question

Schrijf het woord in lettergrepen:
toppers

Slide 25 - Open question

Schrijf het woord in lettergrepen:
meisje

Slide 26 - Open question

Schrijf het woord in lettergrepen:
vleugels

Slide 27 - Open question

Schrijf het woord in lettergrepen:
ontroerend

Slide 28 - Open question

Schrijf het woord in lettergrepen:
moeder

Slide 29 - Open question

Wat kan ik nog extra
oefenen?

Slide 30 - Mind map