Herhaling 2.4 t/m 2.7

Vak: Biologie
Hoofdstuk: Herhaling
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 28
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Biologie
Hoofdstuk: Herhaling
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Pak je werkboek op tafel, maar laat deze nog even dicht. 

Huiswerk controle 

Slide 2 - Slide

2. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- heb je de lesstof van 2.4 t/m 2.7 herhaalt. 
- ken je de begrippen van 2.4 t/m 2.7.

Leergebiedoverstijgende doelen: 
Zelfstandig leren
- Je laat doorzettingsvermogen zien bij werk dat je moeilijk vindt, niet leuk vindt of wanneer je afgeleid bent/raakt. 
- Je kijkt het gemaakte werk na, verbetert waar nodig en benoemt welke onderdelen je nog moeilijk vindt. 

Slide 3 - Slide

3. Arrangementen en mini-check
Verdiept arrangement: niemand

Er is vandaag geen mini-check, maar een herhaling. Iedereen doet mee. 

Slide 4 - Slide

Zet de organen van
het verteringsstelsel
in de juiste volgorde. 
Dunne darm
Slokdarm
Endeldarm
Dikke darm
Twaalfvingerige
darm
Maag

Slide 5 - Drag question

Wat voor sap maakt de mondholte?
A
maagzuur
B
speeksel
C
gal
D
darmsappen

Slide 6 - Quiz

Wat is de functie van de huig?
A
De huig voorkomt dat lucht in de mondholte komt tijdens het ademhalen.
B
De huig voorkomt dat lucht in de slokdarm komt tijdens het ademhalen.
C
De huig voorkomt dat voedsel in de luchtpijp komt tijdens het slikken.
D
De huig voorkomt dat voedsel in de neusholte komt tijdens het slikken.

Slide 7 - Quiz

Wat is geen functie van darmperistaltiek?
A
Voedselbrij kneden
B
Voedselbrij mengen
C
Voedselbrij voortduwen
D
Voedselbrij filteren

Slide 8 - Quiz


Wat is de functie van maagsap?
A
Verteren van eiwitten
B
Bacteriën en ziekteverwekkers doden
C
Verteren van koolhydraten
D
Het maagzuur helpen

Slide 9 - Quiz

De maagportier sluit de slokdarm af van de maag.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Welk spijsverteringssap komt in de twaalfvingerige darm bij het voedsel?
A
Maagsap
B
Darmsap
C
Gal
D
Alvleessap

Slide 11 - Quiz

Waar wordt gal gemaakt?
A
Galblaas
B
maag
C
twaalfvingerige darm
D
Lever

Slide 12 - Quiz

Wat is de functie van gal?
A
Het kleiner maken van vetdeeltjes.
B
Het verteert eiwitten.
C
Het verteert vetten.
D
Het maakt bacteriën dood.

Slide 13 - Quiz

Wat is de functie van de dunne darm?
A
Water opnemen.
B
Voedingsstoffen opnemen.
C
Alvleesklier sap en gal toevoegen.
D
Voedselbrij vermengen.

Slide 14 - Quiz

Hoe heten de uitstulpingen op de darmplooien?
A
Kleinere darmplooien
B
Darmnaden
C
Darmvlokken
D
Darmkanaal

Slide 15 - Quiz

Aan de onderkant van de blindedarm zit een uitstulping: het wormvormig aanhangsel. Hoe heet dit ook wel?
A
Dunne darm
B
Anus
C
Endeldarm
D
Appendix

Slide 16 - Quiz

De schijf van vijf bestaat uit vijf vakken.
In deze vakken staan gezonde producten
die je iedere dag kunt eten. Welke
voedingsstof vind je vooral in het groene vak?
A
Eiwitten
B
Vitamines
C
Vetten
D
Water

Slide 17 - Quiz

Eenheid voor de energie in voedsel kan uit worden gedrukt met KCal.
KCal staat voor
A
Kilojoule
B
Kilocalorie

Slide 18 - Quiz

Hoe noemen we ernstig overgewicht?
A
Overgewicht
B
Obesitas
C
Ondergewicht
D
Ondervoeding

Slide 19 - Quiz

Wat is GEEN kenmerk van Anorexia
A
Je eet zo min mogelijk
B
Je voelt je trots als je eet
C
Je sport enorm veel
D
Je gebruikt laxeermiddelen

Slide 20 - Quiz

Hoe heet de bacterie die voorkomt op rauwe kip en of vis?
A
Ecoli
B
Salmonella
C
Listeria
D
Hib

Slide 21 - Quiz

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Drogen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
luchtdicht verpakken

Slide 22 - Quiz

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Drogen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
luchtdicht verpakken

Slide 23 - Quiz

Een vegetariër eet geen vlees.
Wat is een flexitariër?
A
Iemand die wel vlees eet
B
Iemand die ook geen melk en ei eet
C
Iemand die een aantal dagen p.w. geen vlees eet

Slide 24 - Quiz

Wat is een belangrijke functie van de dunne darm?
A
Vocht onttrekken
B
Voedingsstoffen afgeven aan het bloed
C
Kneden van de voedselbrei

Slide 25 - Quiz

6. Zelfstandig werken
Je gaat de lesstof van paragraaf 2.4 t/m 2.7 nog eens leren en lezen.



Ben je klaar?
Dan ga je aan de slag voor je boekverslag. 
timer
1:00

Slide 26 - Slide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen waar je moeite mee had?

Evaluatie lesdoelen: 
- heb je de lesstof van 2.4 t/m 2.7 herhaalt?
- ken je de begrippen van 2.4 t/m 2.7?

                  



Slide 27 - Slide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk: 

Toetsen: 

Slide 28 - Slide