This lesson contains 12 slides, with interactive quiz and text slides.
Items in this lesson
Portret van karton
Slide 1 - Slide
Materiaal:
Materialen die je mag gebruiken zijn: grijs potlood, lijm, schaar, zaag, mes en natuurlijk karton.
Je kunt karton scheuren, snijden, zagen, oprollen, buigen. schuren, insnijden, bekrassen en je kunt er op tekenen.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Je kunt wat je al hebt geleerd over verhoudingen van het gezicht nu gebruiken.
Je mag ook een beetje gekke verhoudingen gebruiken, bijvoorbeeld vreemde oren, ogen of grote ogen.
Slide 4 - Slide
Zorg ervoor dat je in laagjes werkt.
Bij het haar kun je makkelijk meerdere laagjes gebruiken maar ook bij de ogen,neus, oren, nek en mond kun je laagjes maken.
Slide 5 - Slide
Door details toe te voegen kun je je werkstuk interessanter maken.
Je portret krijgt meer persoonlijkheid en een sterkere uitdrukking.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
De beoordelingscriteria voor deze opdracht zijn: - Er is een sprekend figuur gemaakt van karton. - Het karton is op ten minste 3 manieren bewerkt. - Er is gebruik gemaakt van laagjes. - Het werkstuk vormt een net geheel.
Slide 11 - Slide
Voeg een foto toe van het door jou gemaakte werkstuk