Oefenen 8.1 + 8.2

Oefenen 8.1 + 8.2
1 / 12
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Oefenen 8.1 + 8.2

Slide 1 - Slide

Oefenen!

Slide 2 - Slide

Wat verstaan we onder een orgaanstelsel?
A
alle organen die werken
B
alle organen die bezig zijn met leven
C
alle levende organen
D
alle organen die samenwerken aan 1 taak

Slide 3 - Quiz

Wat zijn de restproducten van de verbranding?
A
co2 en energie
B
water en warmte
C
co2 en warmte
D
water en co2

Slide 4 - Quiz

->
-->
koolstofdioxide

water
zuurstof

glucose
energie

Slide 5 - Drag question

mond, slokdarm, lever, maag, dunne darm, dikke darm, anus
neusholte, mondholte, luchtpijp, long
bloedvaten, hart
nier, urineleider, blaas, urinebuis
hersenen, ruggenmerg, zenuwen
Bloedvatenstelsel
Ademhalingsstelsel
Verteringsstelsel
Uitscheidingsstelsel
Zenuwstelsel

Slide 6 - Drag question

Wat verstaan we onder gaswisseling?
A
Het verwijderen van afvalstoffen uit het lichaam
B
Het transport van voedingsstoffen in het bloed
C
Het produceren van energie in de cellen
D
Het uitwisselen van zuurstof en koolstofdioxide in de longen

Slide 7 - Quiz

Hoe komt een inademing tot stand?
A
Het middenrif ontspant en de ribben gaan omlaag
B
De longen persen lucht naar buiten
C
Het middenrif trekt samen en de ribben gaan omhoog
D
De buikspieren trekken samen en de ribben gaan omlaag

Slide 8 - Quiz

Hoe wordt de ademhaling geregeld?
A
Door de longen
B
Door het ademhalingscentrum in de hersenen
C
Door de maag
D
Door het hart

Slide 9 - Quiz

De luchtpijp vertakt zich in
A
de bronchiën
B
longblaasjes
C
luchtpijpvaten
D
luchtpijptakjes

Slide 10 - Quiz

Je kunt beter ademhalen door je neus omdat
A
de lucht dan wordt verwarmd
B
je gewaarschuwd wordt voor gevaarlijke stoffen
C
de lucht vochtig gemaakt wordt
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide