Mozaiek 1.4 De industriële Revolutie - Meer mensen krijgen inspraak

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Lesopzet

K: Presentatie 1.4 

Z: 1.4 maken (tm vraag 6)

Vorige keer...

Je kunt met een voorbeeld uitleggen wat een sociale wet is. 

Sociale wetten

• Vanaf 1870 > Liberalen kwamen met sociale wetten. 
• Waarom? Het moest eerlijker, maar ook angst voor acties socialisten en ziekten. 

Voorbeelden van Sociale wetten

• Ongevallenwet
• 1874: Kinderwetje Van Houten. (Onder 12 niet in fabriek, wel op het land)
• 1901: Leerplichtwet
  (Tussen 6 en 12 jaar naar school)
• 1901: Woningwet 
  (Ongezonde woningen onmogelijk maken)
  
  

Deze keer...

Je kunt uitleggen wat er in het bestuur van Nederland veranderde door de grondwet van 1848.

Van Republiek naar Koninkrijk

• De republiek der zeven verenigde Nederlanden.  
• Werd verslagen door Napoleon

Van Republiek naar Koninkrijk

• Uiteindelijk werd Napoleon verslagen door samenwerkende Europese landen.
• Maarrrrrr....

Van Republiek naar Koninkrijk

• Hoe houd je Frankrijk onder controle?
• En een sterke bovenbuur!

Van Republiek naar Koninkrijk

• En een koning met veel macht!
• (Willem I van 1813 - 1840)

Grondwet

• 1815: Alle burgers dezelfde grondrechten. (Vrijheid van meningsuiting, godsdienstvrijheid)
• Maar ook veel macht voor de Willem I (Koninklijke besluiten)

Grondwet

• Liberalen waren teleurgesteld. Macht moet naar de burgers. (Egalite = gelijkheid)

Rellen 1848

• Overal in Europa wil het volk meer inspraak. 
• Franse koning werd afgezet.
• Ook in Nederland wordt het onrustig.

2 belangrijke veranderingen in 1848

1. Rijke burgers kiezen het parlement.  
2. Ministers moeten gehoorzamen aan het parlement. (Niet meer aan de koning.)

Een echte democratie?

Alleen rijke mannen mochten stemmen. Je moest minstens 25 jaar oud zijn. 

In welk jaar kregen we koning Willem 1

1. 1813
2. 1848
3. 1815
4. 1799

Welke politieke groep mocht een nieuwe grondwet maken

1. Socialisten
2. liberalen
3. democraten
4. prinsgezinden

Wie was koning van Nederland tijdens het Revolutiejaar?

1. Willem Lodewijk
2. Willem I
3. Willem II
4. Willem III

Thorbecke was een

1. Communist
2. Socialist
3. Man van adel
4. Liberaal

Wie had de meeste macht na de grondwetswijziging van 1848?

1. De koning
2. Het parlement
3. Provinciale Staten
4. De ministers

Je kunt uitleggen wat er in het bestuur van Nederland veranderde door de grondwet van 1848.

Lesopzet

K: Presentatie 1.4 

Z: 1.4 maken (tm vraag 6)

Begin op blz. 41