Hoofdstuk 19 Diagrammen

H19 Diagrammen
1 / 26
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H19 Diagrammen

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je:
  1. Ik kan uitleggen wat een diagram is en welke soorten er zijn.
  2. Ik kan uitleggen wat een staafdiagram is
  3. Ik kan een staafdiagram aflezen en invullen.
  4. Ik kan uitleggen wat een cirkeldiagram is.
  5. Ik kan een cirkeldiagram aflezen.

Slide 2 - Slide

Wat is een diagram?
Een diagram is een schema waarin je het verband tussen een aantal getallen of hoeveelheden ziet.
                                                 Bijvoorbeeld:

Slide 3 - Slide

Staafdiagram
In dit staafdiagram is de hoeveelheid zakgeld te zien van een aantal kinderen.

Horizontale as: namen van de kinderen
Verticale as: bedragen in euro's

Slide 4 - Slide

Hoeveel euro zakgeld krijgt Sanne?

Slide 5 - Open question

Tabel naar staafdiagram
Rome
Parijs
London
Eindhoven
€60
€80
€55
Schiphol
€95
€110
€85
Rotterdam
€75
€90
€60

Slide 6 - Slide

Zet om in een staafdiagram
Vul in:
Prijzen voor vluchten 
naar Rome

Slide 7 - Slide

Cirkeldiagram
In dit cirkeldiagram kun je de absentie zien van leerlingen in de brugklas.

Elk deel van de cirkel is 1 sector.

Slide 8 - Slide

Welke sector is het grootst?
A
Paars (geen absentiedagen)
B
Groen (minder dan 5)
C
Roze (minder dan 10)
D
Oranje (minder dan 15)

Slide 9 - Quiz

Hoeveel procent heeft geen absentiedagen?

Slide 10 - Open question

Welke sector is kleiner: roze of oranje?
Hoe zie je dit?

Slide 11 - Open question

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je:
  1. Ik kan uitleggen wat een diagram is en welke soorten er zijn.
  2. Ik kan uitleggen wat een staafdiagram is
  3. Ik kan een staafdiagram aflezen en invullen.
  4. Ik kan uitleggen wat een cirkeldiagram is.
  5. Ik kan een cirkeldiagram aflezen.

Slide 12 - Slide

Hoe goed beheers jij de leerdoelen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

Aan de slag!
Maak: opgaven 1 t/m 10 op blz. 197
Ben je klaar? Ga iets voor jezelf doen

Slide 14 - Slide

H19 Diagrammen

Slide 15 - Slide

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je:
  1. Ik kan uitleggen wat een lijndiagram is.
  2. Ik kan een lijndiagram aflezen.
  3. Ik kan rekenen met een diagram.

Slide 16 - Slide

Lijndiagram
In dit lijndiagram kun je aflezen hoeveel klanten er op een dag zijn gekomen.

De lijn in dit diagram noem je een grafieklijn.

Slide 17 - Slide

Wat staat er op de horizontale as?

Slide 18 - Open question

Vanaf welke tot welke dag stijgt het aantal klanten?

Slide 19 - Open question

Hoeveel klanten zijn er op vrijdag gekomen?

Slide 20 - Open question

Rekenen met diagrammen
Met diagrammen moet je bepaalde berekeningen kunnen maken.

Bijvoorbeeld:
- Hoeveel leerlingen spelen er viool of gitaar?
- Hoeveel leerlingen meer spelen er cello dan trompet?

Slide 21 - Slide

Hoeveel personenwagens waren er in 1990 meer dan in 1970?

Slide 22 - Open question

De helft van het gft-afval wordt gerecycled. Hoeveel kg/inw is dat?

Slide 23 - Open question

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je:
  1. Ik kan uitleggen wat een lijndiagram is.
  2. Ik kan een lijndiagram aflezen.
  3. Ik kan rekenen met een diagram.

Slide 24 - Slide

Hoe goed beheers jij de leerdoelen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

Aan de slag!
Maak: opgaven 11 t/m 17 op blz. 211
Ben je klaar? Ga iets voor jezelf doen

Slide 26 - Slide