1. Als je antwoord A kiest, steek dan je hand op.
2. Als je antwoord B kiest, laat dan je hand omlaag.
3. Nadat de juf/meester de vraag heeft voorgelezen, telt hij/zij af van 3 tot 1. Bij 1 kun je je antwoord geven, dus steek je hand op of laat hem omlaag.