Herhaling werkwoorden -er, -re, -ir présent

  • Voca
1 / 20
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

  • Voca

Slide 1 - Slide

Regelmatige werkwoorden op -er
Stap 1: haal -er van het werkwoord af
Stap 2: voeg de juiste uitgang toe > e/es/e/ons/ez/ent

Slide 2 - Slide

Elles ... le chocolat. (aimer)

Slide 3 - Open question

Le prof ... le cours. (donner)

Slide 4 - Open question

Vous ... une pomme. (manger)

Slide 5 - Open question

Je ... un film. (regarder)

Slide 6 - Open question

Regelmatige werkwoorden op -ir
Stap 1: haal -ir van het werkwoord af
Stap 2: voeg de juiste uitgang toe > is/is/it/issons/issez/issent

Slide 7 - Slide

Ils ... à quelle heure?
A
finis
B
finit
C
finissent
D
finissez

Slide 8 - Quiz

Tu ... quoi?
A
choisissons
B
choisis
C
choisissez
D
choisit

Slide 9 - Quiz

Nous ... le document.
A
remplissons
B
remplissez
C
remplissent
D
remplis

Slide 10 - Quiz

Vous ... vers 8 heures. (finir)

Slide 11 - Open question

Je ... le rouge. (choisir)

Slide 12 - Open question

Nous ... le gagnant. (choisir)

Slide 13 - Open question

Regelmatige werkwoorden op -re
Stap 1: haal -re van het werkwoord af
Stap 2: voeg de juiste uitgang toe > 
s/s/-/ons/ez/ent

Slide 14 - Slide

Je ... ma voiture. (vendre)

Slide 15 - Open question

Nous ... le devoir. (rendre)

Slide 16 - Open question

Elle ... le train. (attendre)

Slide 17 - Open question

Ils ... l'escalier. (descendre)

Slide 18 - Open question

Tu ... ton ami. (défendre)

Slide 19 - Open question

Vous ... vos livres. (perdre)

Slide 20 - Open question