samenvatting
1 / 27
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat is -3 x 4?
A
0
B
-7
C
12
D
-12
Slide 2 - Quiz
Wat is 5 x -2?
A
10
B
0
C
-10
D
-5
Slide 3 - Quiz
Wat is -1 x -6?
A
6
B
-1
C
0
D
-6
Slide 4 - Quiz
Wat is -4 x -3?
A
0
B
-12
C
-7
D
12
Slide 5 - Quiz
Wat is -7 x 2?
A
-5
B
0
C
-14
D
14
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Slide
Wat is 20 gedeeld door -4?
A
4
B
-5
C
5
D
0
Slide 8 - Quiz
Hoeveel is -12 gedeeld door -3?
A
-4
B
4
C
12
D
0
Slide 9 - Quiz
Wat is -30 gedeeld door 5?
A
0
B
30
C
-6
D
6
Slide 10 - Quiz
Wat krijg je bij -8 gedeeld door -2?
A
-2
B
4
C
-4
D
0
Slide 11 - Quiz
Hoeveel is 15 gedeeld door -3?
A
-5
B
3
C
5
D
0
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Slide
Wat is het kwadraat van -5?
A
0
B
-25
C
25
D
5
Slide 14 - Quiz
Wat is het kwadraat van 3?
A
9
B
3
C
-9
D
6
Slide 15 - Quiz
Wat is het kwadraat van 10?
A
100
B
20
C
10
D
-100
Slide 16 - Quiz
Wat is het kwadraat van -8?
A
-64
B
8
C
32
D
64
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Slide
Wat is de wortel van 16?
A
6
B
3
C
4
D
5
Slide 19 - Quiz
Wat is de wortel van 9?
A
5
B
3
C
2
D
4
Slide 20 - Quiz
Wat is de wortel van 36?
A
5
B
6
C
8
D
7
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Slide
Hoeveel is (5 - 2)²?
A
9
B
3
C
7
D
6
Slide 23 - Quiz
Wat is 8 ÷ 2 × (2 + 2)?
A
4
B
8
C
16
D
2
Slide 24 - Quiz
Wat is 10 - (3 + 2)?
A
5
B
6
C
7
D
4
Slide 25 - Quiz
9. Bereken zonder rekenmachine.
7+(√16+5)⋅√25=
Slide 26 - Open question
Reken uit volgens de rekenvolgorde.
Schrijf je berekening op.
(5 - 2) × 4 + 2 × 3
Schrijf je berekening op.
(5 - 2) × 4 + 2 × 3
