Wat:
Maken
opdracht 1: beantwoord de vragen bij Tijdens het lezen. Schrijf ze op in de ruimte bij Na het lezen
Opdracht 3
Hoe:
Alleen of samen met je buurman of
buurvrouw.
Klaar?
Pak je leesboek nog even en ga
lezen.
Hulp nodig?
Kijk naar het stoplicht
rood: stil!
Vraag het de docent als
je het echt niet meer weet.
geel: fluisterniveau
Overleg met diegene naast je
groen: fluisterniveau
Overleg met diegene naast je of vraag het
de docent