16 sept hoofdstuk 4 2 lessen

Vandaag; 
- herhalen hoofdstuk 4 (vrijdag online) + laatste uitleg 
- aan de slag
- leerdoel check

1 / 26
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Vandaag; 
- herhalen hoofdstuk 4 (vrijdag online) + laatste uitleg 
- aan de slag
- leerdoel check

Slide 1 - Slide

Rechtsstaat
= Een land waarin de rechten en plichten van burgers én de overheid zijn vastgelegd in de wet.

-Recht = wat je MAG doen. (stemrecht, recht op vrijheid van meningsuiting)
-Plicht = geeft aan wat je MOET doen. (Leerplichtwet, belasting betalen)




Slide 2 - Slide

4 kenmerken waar je een rechtsstaat aan kunt herkennen.
1: alle burgers hebben grondrechten die zijn vastgelegd in de Grondwet.
2: De overheid moet zich aan de wet houden. 
3: Er is onafhankelijke rechtspraak (rechters laten zich door niets en niemand beïnvloeden)
4: Er is democratie. Burgers hebben invloed op besturen door te stemmen. 

Slide 3 - Slide

Rechtsbescherming 
Rechtsbescherming = rechten van burgers worden beschermd tegen machtsmisbruik van de overheid. 

Bijvoorbeeld; doordat politie niet zomaar je huis mag doorzoeken of telefoon mag afluisteren. 
Overheid moet zich namelijk ook aan de wet houden! 

Slide 4 - Slide

Rechtshandhaving
= dat de overheid controleert of iedereen zich aan de wet houdt.

De overheid moet er voor zorgen dat er rust en orde in de samenleving is. 

Door bijvoorbeeld; de Politie die boetes geeft of rechters die straffen geven. 

Slide 5 - Slide

Strafrecht
Dit zijn alle regels over opsporing, berechting en straffen. 
Zorgt voor eerlijke behandeling van elke verdachte! 

De regels in het strafrecht: 

Slide 6 - Slide

regels in het wetboek van strafrecht; 
- alleen gestraft worden voor iets dat volgens de wet strafbaar is.
- iedereen heeft recht op een eerlijk proces met een onpartijdige rechter
- rechters moeten kijken naar de omstandigheden. (iemand slaan uit zelfverdediging bijvoorbeeld... dit noem je; noodweer.)
- je bent niet strafbaar als je in een noodsituatie zat. (dit noem je; overmacht)
- rechter moet rekening houden met achtergrond verdachte.
- rechter mag geen hogere straf geven dan de maximumstraf die in het Wetboek van Strafrecht staan!!!! 

Slide 7 - Slide

Wat doe je nu? 
Maken van hoofdstuk 4; opdracht 4, 6 en 7. 
(Bladzijde 27, 28 en 29)

TImer op 15 minuten. 

Ik kom controleren hoe ver je bent. 
timer
15:00

Slide 8 - Slide

Deze les;  
-herhalen hoofdstuk 4; juist onjuist! (15 min. max)
- uitleg hoofdstuk  5 (10 min. max.) 
- aan de slag tot 13:25
- bespreken toets en huiswerk. 

Slide 9 - Slide

Juist of Onjuist? 
Geef aan bij de uitspraak of het juist is of onjuist! 

Juist = GROEN papier 
Onjuist = ROOD papier

Slide 10 - Slide

de politie bepaalt in een rechtszaak de straf

Slide 11 - Slide

Regels over opsporing, berechting en straffen noemen we het Strafrecht

Slide 12 - Slide

Een rechter houdt wel rekening met de mening van de politiek.

Slide 13 - Slide

Een rechter mag geen hogere straf geven dan de minimumstraf.

Slide 14 - Slide

als je jezelf verdedigt als je wordt aangevallen, noemen we dat overmacht

Slide 15 - Slide

Een rechtsstaat is soms een democratie

Slide 16 - Slide

Je kunt alleen een straf krijgen voor iets wat volgens de politie strafbaar is

Slide 17 - Slide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je 4 rechten noemen die een verdachte heeft


Slide 18 - Slide

Wanneer wordt je als verdachte gezien?

Slide 19 - Slide

Rechten van een verdachte!
Doordat we een rechtsstaat zijn weet je dat iedereen recht heeft op een eerlijke behandeling.

Deze rechten beschermen de verdachte!

Wat is een voorbeeld van een recht die een verdachte heeft?

Slide 20 - Slide

1: je bent pas SCHULDIG als de rechter dat zegt

2: Je hebt het recht te WETEN waar je van verdacht wordt

3: Je hebt recht op hulp van een advocaat

4: Verdachte heeft het recht om te zwijgen

Slide 21 - Slide

5: Verdachte mag maar een AANTAL UREN worden vastgehouden.

6: Verdachte mag in hoger beroep gaan na uitspraak rechter
7: Misdaden kunnen VERJAREN
8: Je mag niet twee keer voor hetzelfde voor de rechter worden gebracht

Slide 22 - Slide

Nu maken opgaven:

 1, 2, 3, 5 en 7 van hoofdstuk 5! 



Dit doen we tot 13:25, dan kom ik controleren. 
Niets/weinig gemaakt? om 15:10 bij mij werken. 

Slide 23 - Slide

Leerdoel check hfd 5; 


Noem 4 rechten die een verdachte heeft!! 


Slide 24 - Slide

Toets hoofdstuk 1 t/m 6 criminaliteit

maandag 28 september

Slide 25 - Slide

Huiswerk volgende les: 
Van hoofdstuk 4; 
opgaven; 4, 5, 6, 7 en 10. 
Van hoofdstuk 5; 
opgaven; 1, 2, 3, 5, 7 en 10.


Dit staat ook in Magister! 

Slide 26 - Slide