Ch 1 - les 2

1 / 26
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Qu'est-ce qu'on va faire?
  • Gedragsverwachtingen
  • Parler
  • Vocabulaire B
  • La prononciation
  • Lire
  • Grammaire
  • Écouter
  • Devoirs

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Gedragsverwachtingen
  • Je komt rustig binnen en legt je spullen op tafel.
  • Je spreekt vriendelijk tegen je klasgenoten en docent.
  • Je bent stil als dat van je gevraagd wordt.
  • Je hebt een actieve houding in de les (je zit rechtop, doet goed mee, stelt vragen wanneer je iets niet begrijpt)
  • Je komt voorbereid naar de les (leer- en maakwerk gedaan , boek/pen/oortjes mee + naar het toilet geweest)


Slide 3 - Slide

Script:
eerste keer waarschuwing
tweede keer aan het eind van de les blijven zitten

Chapitre 1
  • Ik ken woorden die te maken hebben met vakantie, familie en kennismaken.
  • Ik kan iemand begroeten.
  • Ik kan mezelf voorstellen.
  • Ik kan de juiste lidwoorden gebruiken in het Frans.
  • Ik ken de getallen t/m 20.
  • Ik kan het werkwoord avoir gebruiken.
  • Ik kan over mijn familie vertellen.


       Toets: dinsdag 22 november



Slide 4 - Slide

Je komt rustig binnen en legt je spullen op tafel.
Je spreekt vriendelijk tegen je klasgenoten en docent.
Je bent stil als dat van je gevraagd wordt.
Je hebt een actieve houding in de les (je zit rechtop, doet goed mee, stelt vragen wanneer je iets niet begrijpt)
Je komt voorbereid naar de les (leer- en maakwerk gedaan , boek/pen/oortjes mee + naar het toilet geweest)
Parler

-Vocabulaire A
-Répondre à une question



Slide 5 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 
Vocabulaire B
Prends ton livre à la page 52.

-Lis les mots et les phrases.
-Écoute bien.
-Répète-les.



Slide 6 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 
la prononciation

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

prononciation
é  =  ee  -> café, électricité
er = ee -> parler, donner, chercher
ez = ee -> chez, vous parlez

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

prononciation
è   =  e (het)  ->  père, frère, mère, collège
ê  =   e (het)  ->  tête, fenêtre
ai =   e (het)  ->  aimer, mais, anglais

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

prononciation
(e)au   = oo  ->  cadeau, aussi
qu        = k     ->   qui, que, quand, la physique, monique
oi         = wa  ->  trois, moi, toi, histoire
ou       =  oe  ->   bonjour, vous, nous, pour
ui        = wie ->   je suis, oui, 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

opdracht
  • tweetallen
  • blz 52: woorden/zinnen A+B
  • lees om de beurt een woord/zin voor
  • help elkaar bij de uitspraak 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Lire
Prends ton livre à la page 26.

-On va faire les exercices 9, 10, 11, 12



Slide 12 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 
lidwoorden in het Frans

Slide 13 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 
grammaire
De/Het vertaal je in het Frans met:  le
                                                                          la
                                                                          l'
                                                                          les

Slide 14 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 
grammaire
In het Frans zijn zelfstandige naamwoorden mannelijk of vrouwelijk:

mannelijk: le père, le frère, le garçon, le chien, le livre
vrouwelijk: la mère, la soeur, la fille, la maison, la tente

Slide 15 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 
grammaire
Voor een klinker (a, e, o, u, i) of een h veranderen le en la in l'
l'école
l'ordinateur
l'hôtel
l'ami

Slide 16 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 
grammaire
Om een zelfstandig naamwoord in het meervoud te zetten, moet je twee stappen zetten.
1) verander het lidwoord naar les
2) plaats een s achter het zelfstandig naamwoord

la tente -> les tente      l'ordinateur -> les ordinateurs
le livre -> les livres           le garçon -> les garçons

Slide 17 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 
grammaire
Het lidwoord een vertaal je met un of une.

Un gebruik je bij mannelijke woorden. Je vervangt le door un:
un père, un frère, un garçon, un chien, un livre

Une gebruik je bij vrouwelijke woorden. Je vervangt la door une:
une mère, une soeur, une fille, une maison, une tente


Slide 18 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 
oefenen

Slide 19 - Slide

Rustig
Vriendelijk
Stil wanneer gevraagd
Actieve houding
Voorbereid 

A
le chat
B
la chat
C
l'chat
D
les chats

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions


A
le tente
B
un tente
C
les tentes
D
une tente

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Geef het meervoud van:
le stylo

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Geef het meervoud van:
l'école

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions

devoirs
leren woorden/zinnen B
maken opdracht 16 t/m 19

Slide 26 - Slide

This item has no instructions