Subcutaan injecteren+ intramusculair injecteren + medisch rekenen injecties /vochtbalans

1 / 40
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMiddelbare schoolMBOLeerjaar 1Studiejaar 1

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Dit blok VTH1 +medisch rekenen
26/4 week 1; uitleg blok/BIG/medicatie deel 1 + uitleg expertcollege medisch rekenen / maateenheden
3/5                  ; meivakantie
10/5                ; meivakantie
17/5 week 2; medicatie deel 2 +  medisch rekenen orale medicatie tabletten
24/5week 3; wondzorg  +  medisch rekenen orale medicatie drankjes
31/5week 4; bloedsuiker meten+ insuline toedienen + medisch rekenen eh insuline
14/6  week 5; subcutaan injecteren  + intramusculair injecteren +  medisch rekenen vochtbalans/injecties
21/6 week 6;  monsters verzamelen+ medisch rekenen (m)mol, ml
28 /6week7; schriftelijke toets VTH + schriftelijke toets medisch rekenen (mits alle certificaten behaald zijn !)
5/7 week8; kantelweek/ voortgangsgesprekken ochtend+ herkansing toetsen vth + medisch rekenen in de middag

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Deze les
12 uur; korte terugblik vorige les
12.10 uur; theorie subcutaan injecteren
12.30 uur;  demonstratie injectie klaarmaken in subcutaan injecteren
12.40 uur; oefenen injectie klaarmaken en subcutaan injecteren
13.00 uur; pauze
13.10 uur; theorie intramusculair injecteren
13.25 uur; demonstratie intramusculair injecteren
13.35 uur; oefenen intramusculair injecteren
14.00 uur; opdracht medisch rekenen maken


12.55 uur; oefenen subcutaan injecteren
13

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
  • Je benoemt op welke plekken je een subcutane injectie+ intramusculaire injectie mag geven
  • Je benoemt in welke laag van de huid je injecteert met een subcutane injectie en een intramusculaire injectie
  • Je benoemt de complicaties bij het geven van een subcutane injectie en een intramusculaire injectie
  • Je oefent het optrekken van medicatie uit een ampul
  • Je oefent het geven van een subcutane injectie en een intramusculaire injectie volgens protocol
  • Je oefent het opmaken van een vochtbalans en rekenen met ml/ voor het klaarmaken van injecties

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

  • het medicijn werkt sneller bij een injectie (bijvoorbeeld bij pijnklachten, allergische reactie)
  • bij braken of diarree
  • soms is het medicijn alleen per injectie toe te dienen
  • wanneer de zorgvrager niets via de mond mag innemen ( darmoperatie, slikklachten)
  • wanneer de zorgvrager niets via de mond kan nemen (bewustzijnsdaling, tijdens operatie)
  • als er een constante spiegel in het bloed nodig is (bijvoorbeeld antibiotica, insuline, morfine)
Redenen waarom je een medicijn per injectie geeft:

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

subcutaan=onder de huid
intraveneus=in de ader
intramusculair=in de spier
intracutaan = in de bovenste huidlaag
Vormen van injectie

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wanneer ga je niet injecteren ?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

complicaties subcutaan injecteren 
● hematoom
● allergische reactie op de medicatie
● infectie door onvoldoende hygiënisch werken
● flauwvallen bij prikangst
  • "harde schijven" (lipo's/lipodystrofie)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

veiligheidsnaald
naaldenbekers

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Injectienaalden
  • Diverse lengtes en diktes​ 
  • Kleuren zeggen iets over de diameter (Gauge) van de naald​ 
  • Voor elke injectiemethode gebruik je andere lengte en diameter​
  • Lengte is ook afhankelijk van de zorgvrager
  • Gebruik van veilige naalden is verplicht​
  • ​Zie schema op Vilans​


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Injectie klaarmaken
  • Pas de regel van 5 toe 
  • ampul of flacon 
  • water voor injectie 
  • zwenken
  • ontluchten
  • glazen ampullen ook in naaldencontainer
  • waar gooi je medicatieflacon weg ?

Slide 14 - Slide

Regel van 5:
  • juiste cliënt
  • juiste medicijn
  • juiste toediening
  • juiste dosering
  • juiste tijd

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Huidplooi techniek: 90 of 45 graden

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Prikplaats
De buik, naast of rond de navel (voorkeur), houdt altijd 3 vingers afstand rond de navel.
de bovenkant van de bovenbenen.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

EN ALTIJD MELDEN !! 

Bij een prikaccident komt er bloed (of andere lichaamsvloeistof) van de ene persoon in het lichaam van de ander. Ook snij-, bijt- of spatongevallen vallen onder de noemer ‘prikaccident’. In deze training beperken we ons tot de echte prikaccidenten, die kunnen gebeuren bij het injecteren. Er zijn heel wat maatregelen die je kunt nemen om prikaccidenten te voorkomen. Als je toch een prikaccident meemaakt, moet je direct een protocol volgen.

Kant en klare injectie
luchtbel niet verwijderen  
Kant en klare injecties
Luchtbel niet verwijderen

Slide 21 - Slide

De luchtbel zorgt ervoor dat alle medicatie gespoten wordt en er niets achterblijft in de naald
Demonstratie 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Oefenen praktijk

Naalden na gebruik direct dichtklappen !!
naalden en glazen ampullen na gebruik direct in de naaldencontainer !

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Intramusculair injecteren

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Waar prik je met IM injecteren?
A
ader
B
bot
C
huid
D
spier

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Injectie I.M.


in het spierweefsel
loodrechttechniek 90 graden
rangeertechniek

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

armspier: 2 vingers onder zijkant sleutelbeen. 
dijbeenspier: hand in lies en hand boven knie, injecteren aan buitenzijde
bilspier rugzijde: bovenste buitenste kwadrant. bovenkant bilnaad horizontale lijn en dan door de helft
bilspier buikzijde: hand op heupbot, duim wijst naar been, wijsvinger spreiden. tussen wijs en middelvinger
Veiligheidsnaalden

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Injectietechniek
loodrecht-techniek 90 graden
rangeer-techniek 90 graden

Bloedvatcontrole 
Medicatie langzaam injecteren 

Slide 30 - Slide

Rangeertechiek gebruik je om te voorkomen dat medicatie terug stroomt in het onderhuidse weefsel. Kan pijn of beschadiging veroorzaken
Hoeveelheid injectievloeistof
armspier: max. 2ml (vaccinaties)
dijbeenspier: max. 5 ml (pijnlijk)
 Grote bilspier (rugzijde): max. 4 ml
Middelste bilspier( buikzijde): 3 ml

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Rangeertechniek
loodrechttechniek
huid 2-3 cm opzij trekken
voorkomen terugvloeien medicatie

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Video

This item has no instructions

bij welke injectie kan je 45 en 90 graden injecteren
A
intramusculair
B
subcutaan
C
intraveneuze
D
insuline injecteren

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Waarvoor dient de rangeertechniek bij het i.m. injecteren?
A
niet terugvloeien medicatie
B
minder beschadiging aan huid
C
niet lekken van bloed
D
rangeertechniek gebruik je bij s.c. injectie

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Waarvoor dient het terugtrekken van de zuiger bij I.M. injectie
A
controle of de naald in de spier zit
B
controle of de naald in een bloedvat zit
C
controle toegankelijkheid naald
D
Dit doe je alleen bij subcutane injectie

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Oefenen medisch rekenen

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Deze les

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Thiemen deze les
Module 4 medicatie niveau 4
Module 9 medicatie niveau 3

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Volgende week
Monsters verzamelen+ medisch rekenen mol





Herhaling/vragen onduidelijkheden voor de toets

Slide 40 - Slide

This item has no instructions