Feiten en meningen

1 / 23
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Doel
  • Je weet wat een argument is
  • Je kunt argumenten bedenken
  • Je kunt argumenten maken
  • Je kunt argumenten gebruiken
  • Je weet het verschil tussen feiten en mening

Slide 2 - Slide

Wat is een feit?

Controleerbaar
en voor iedereen hetzelfde

Slide 3 - Slide

Antwoord met een feit: deze auto is .... ?

Slide 4 - Open question

Feit of mening?
Prachtige zonsondergang

Slide 5 - Open question

Geef je mening:

De milkshake van KFC is .... ?

Slide 6 - Open question

Feit of mening?
Het is herfst

Slide 7 - Open question

Wat is een argument?
Om je mening sterker te maken gebruik je argumenten. 
Je legt uit waarom je iets wel of niet vindt.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Waarom gebruik je een argument?
A
Om een feit te onderbouwen
B
Om je mening te onderbouwen
C
Om een nieuwsbron te checken
D
Omdat ik dat vind

Slide 10 - Quiz

Bedenk een argument voor:
Designerdrugs moeten verboden worden

Slide 11 - Open question

Bedenk een argument tegen:
Je hebt een QR-code nodig om naar de bioscoop te mogen

Slide 12 - Open question

Katy Perry is de beste zangeres
A
feit
B
mening
C
argument

Slide 13 - Quiz

Het is
winter
A
feit
B
mening
C
argument

Slide 14 - Quiz

Ik rij het liefst elektrisch, dat is beter voor het milieu
A
feit
B
mening
C
argument

Slide 15 - Quiz

KFC is veel lekkerder van McD
A
feit
B
mening
C
argument
D
niet waar

Slide 16 - Quiz

Volgende dia's
  1. Gezamenlijk opdrachtblad: wat is een argument
  2. 2/3- tallen opdrachtblad: hoe bedenk je een argument
  3. 2/3- tallen opdrachtblad: hoe maak je een argument sterk

  4. Antwoorden opdrachtblad 1
  5. Antwoorden opdrachtblad 2
  6. Antwoorden opdrachtblad 3

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Slide 19 - Link

Slide 20 - Link

Slide 21 - Link

Slide 22 - Link

Slide 23 - Link