Les 4 begrijpend lezen toetsweek klas 1

Les 4
Begrijpend lezen

Thema: steeds minder bang voor corona!
#volgendeweekweernaarschool
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Les 4
Begrijpend lezen

Thema: steeds minder bang voor corona!
#volgendeweekweernaarschool

Slide 1 - Slide

Deze les ga je...
...de theorie van begrijpend lezen weer toepassen.
...leesvaardigheid oefenen.

Slide 2 - Slide

Stof voor de toetsweektoets:
Lezen Blok 1 t/m 5

Belangrijke begrippen:
  • Onderwerp
  • Deelonderwerp
  • Kernzin
  • Hoofdgedachte
  • Verwijswoorden
  • Tekstdoel, -soort en -vorm
  • Leesstrategieën
  • Feit en mening
  • Objectief en subjectief
  • Citeren
  • Opbouw van een tekst
  • Opbouw van aan alinea
  • Tussenkopjes
  • 4 manieren om een tekst in te leiden
  • 3 manieren om een tekst af te sluiten
  • Hoofd- en bijzaken

Slide 3 - Slide

Slide 5 - Link

Alinea 1: Nederlanders slagen er minder goed in om anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Dat blijkt uit een tweede gedragsonderzoek van het RIVM en de GGD'en onder 50.000 mensen. Het aantal ondervraagden dat aangaf dat anderen zelden of nooit binnen een straal van anderhalve meter van ze komen, nam af tussen 7 en 12 mei.

Citeer de kernzin van alinea 1.

Slide 6 - Open question

Alinea 1: Nederlanders slagen er minder goed in om anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Dat blijkt uit een tweede gedragsonderzoek van het RIVM en de GGD'en onder 50.000 mensen. Het aantal ondervraagden dat aangaf dat anderen zelden of nooit binnen een straal van anderhalve meter van ze komen, nam af tussen 7 en 12 mei.

Zijn de overige zinnen van alinea 1 voorbeeld of toelichting?
A
voorbeeld
B
toelichting

Slide 7 - Quiz

Alinea 1: Nederlanders slagen er minder goed in om anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Dat blijkt uit een tweede gedragsonderzoek van het RIVM en de GGD'en onder 50.000 mensen. Het aantal ondervraagden dat aangaf dat anderen zelden of nooit binnen een straal van anderhalve meter van ze komen, nam af tussen 7 en 12 mei.

Waar verwijst het woord "Dat" (r. 2) naar?

Slide 8 - Open question

Alinea 1: Nederlanders slagen er minder goed in om anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Dat blijkt uit een tweede gedragsonderzoek van het RIVM en de GGD'en onder 50.000 mensen. Het aantal ondervraagden dat aangaf dat anderen zelden of nooit binnen een straal van anderhalve meter van ze komen, nam af tussen 7 en 12 mei.

Wat betekent de afkorting RIVM?

Slide 9 - Open question

Alinea 3: "Je ziet dat de daling iets sterker is voor de dingen die met ons sociale leven te maken hebben", zegt Marijn de Bruin van het Kernteam Corona Gedragsunit van het RIVM in het radioprogramma Spraakmakers. "Met de hygiënemaatregelen blijft het wat stabieler. Dan hebben we het over 4 tot 5 procent verschil in vergelijking met een paar weken geleden."

Wat betekent "stabiel"?

Slide 10 - Open question

Alinea 4: De Bruin ziet een aantal oorzaken voor de afname. "Er lopen natuurlijk heel veel dingen tegelijkertijd door elkaar. We zien dat de cijfers van de ziekenhuizen, de IC-cijfers, teruglopen. Mensen achten nu de kans wat kleiner om het virus op te lopen en we zien ook dat mensen minder sterk emotioneel reageren."

Welke oorzaken voor de afname van het houden aan de 1,5 meter-regel worden er genoemd?

Slide 11 - Open question

Alinea 5: Dat mensen minder bang zijn om ziek te worden, leidt ertoe dat de motivatie om de regels te volgen wat afneemt. "Als die cijfers omlaaggaan is dat ook een logische reactie, maar dan moeten we toch kijken of we uit een ander vaatje kunnen tappen om de motivatie hoog te houden", vindt de onderzoeker, ook om een tweede piek in het aantal besmettingen te voorkomen.

Wat betekent "uit een ander vaatje tappen"?

Slide 12 - Open question

a. Vind je "Minder angstig" een goed tussenkopje voor alinea 4, 5 en 6?
b. Leg je antwoord uit.

Slide 13 - Open question

Welk tekstdoel heeft deze tekst?
A
Activeren
B
Overtuigen
C
Informeren
D
Amuseren

Slide 14 - Quiz

Welke tekstsoort heeft deze tekst?
A
Amuserende tekst
B
Informerende tekst
C
Betogende tekst
D
Beschouwende tekst

Slide 15 - Quiz

Einde van deze les
Vragen? Stel ze via Teams! Tot volgende week dinsdag!

Slide 16 - Slide