This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Massa meet je in
A
Kubieke centimeter
B
Gram
C
Milliliter
D
Gram per kubieke centimeter
Slide 1 - Quiz
Voor het bepalen van de massa gebruik je een ……….
Slide 2 - Open question
Het volume meet je in…. (Kies 1 van de 2 goede antwoorden)
A
Kubieke centimeter
B
Gram
C
Milliliter
D
Gram per kubieke centimeter
Slide 3 - Quiz
Hoe zwaar een voorwerp is noem je bij natuurkunde…..
A
Massa
B
Volume
C
Dichtheid
D
Gewicht
Slide 4 - Quiz
Hoeveel ruimte een voorwerp in neemt noem je....
A
Massa
B
Volume
C
Dichtheid
D
Gewicht
Slide 5 - Quiz
Hoe bereken je het volume van een balk? Noteer de formule met de letters niet met hele woorden. Doe na iedere letter/teken een spatie. V = … x … x …
Slide 6 - Open question
Bereken het volume van de balk uit de afbeelding in hele cm^3. Noteer alleen het getal, niet de eenheid.
Slide 7 - Open question
Bereken het volume van de balk uit de afbeelding in hele m^3. Noteer alleen het getal, niet de eenheid. Rond af naar boven.
Slide 8 - Open question
Hoeveel mL is 100 cm^3.
Slide 9 - Open question
Het volume van een balk kun je berekenen met V = l x b x h en het volume van een onregelmatig gevormd object kun je bepalen met de ……………….. (naam van deze methode)
Slide 10 - Open question
Wat is het volume van de vloeistof in de maatcilinder? Geef je antwoord in mL. Noteer alleen het getal
Slide 11 - Open question
Voor het bepalen van het volume van een onregelmatig gevormd object heb je een ……….. (naam van het meetinstrument/glaswerk) nodig die je vult met water.
Slide 12 - Open question
Hoe groot is het volume van de steen in mL? Geef alleen het getal niet de eenheid.
Slide 13 - Open question
Wat is het volume van het schaakstuk? Geef je antwoord in mililiter. Noteer alleen het getal.