12.1 Eten

12.1 ETEN
Hoofdstuk 12
Dieren en planten
1 / 33
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

12.1 ETEN
Hoofdstuk 12
Dieren en planten

Slide 1 - Slide

Deze les
* Leerdoelen paragraaf 12.1
* Uitleg theorie met controlevragen
* Huiswerk
* Huiswerk maken, nakijken 

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 12.1

• Je kunt in je eigen woorden vertellen hoe je aan een zoogdier kunt zien wat hij eet.
• Je kunt uitleggen welke invloed eten heeft op de bouw van het verteringsstelsel.
• Je kunt uitleggen hoe planten ‘eten’. FOTOSYNTHESE
• Je kunt uitleggen hoe een dier/plant voorkomt dat ze opgegeten worden.

Slide 3 - Slide

Leerdoel 1
Je kunt in je eigen woorden vertellen hoe je aan een zoogdier kunt zien wat hij eet.
- Je kent het begrip planteneter en kunt uitleggen welk gebit deze dieren hebben.
- Je kent het begrip vleeseter en kunt uitleggen welk gebit deze dieren hebben.
- Je kent het begrip alleseter en kunt uitleggen welk gebit deze dieren hebben.

Slide 4 - Slide

Wat eten dieren ?
Dieren kunnen we verdelen in drie groepen:
- Planteneter (herbivoren) 
- Vleeseters (carnivoren)
- Alleseters (omniforen)

Slide 5 - Slide

Cellen
plantaardige cel - dierlijke cel

Slide 6 - Slide

Hoe ziet hun gebit eruit ?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Welk onderdeel zit wel om plantencellen, maar niet om dierencellen?

Slide 9 - Open question

Leg uit waardoor planteneters langer op hun voedsel kauwen dan vleeseters.

Slide 10 - Open question

Planteneter
Vleeseter
Alleseter
Knipkiezen
Taaie planten fijnmalen
Voedsel losknippen
Plooikiezen
Knobbelkiezen
Kiezen met richels
Voedsel afbijten

Slide 11 - Drag question

Doen
Werkboek: Maak opdracht 3 en 4

Maken en kritisch nakijken met een andere kleur

Slide 12 - Slide

Leerdoel 2
Je kunt uitleggen welke invloed eten heeft op  de bouw van het verteringsstelsel.
- Je kunt uitleggen waarom planteneters een dikkere buik hebben.
- Je kunt uitleggen waarom het afbreken van plantencellen meer moeite kost.

Slide 13 - Slide

Planteneters en vleeseters
Plantaardig voedsel is moeilijk te verteren. Om het goed te verteren moet het voedsel lang in het verteringskanaal zitten. 

Oplossingen:
1 - Meerdere magen
2 - Herkauwen
3 - Bacteriën in pens en darmen

Slide 14 - Slide

Waardoor is een kat slanker dan een koe?

Slide 15 - Open question

Doen
Werkboek: maak opdracht 1 tm  7

Maken en kritisch nakijken met een andere kleur

Slide 16 - Slide

Leerdoel 3
Je kunt uitleggen hoe planten ‘eten’.
- Je kent de formule van de fotosynthese.
- Je kunt in je eigen woorden uitleggen wat er bij fotosynthese gebeurt.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Hoe 'eten' planten ?
Via hun wortels komen planten aan mineralen en water

Met hun bladeren halen ze koolstofdioxide uit de lucht.

Hiervan maken planten voedingsstoffen. Alles begint met glucose

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Fotosynthese 

Slide 22 - Slide

Glucose en dan?
Van glucose maken planten weer andere stoffen:

zetmeel - reservevoedsel / brandstoffen
eiwitten - bouwstoffen
vetten - reservevoedsel / brandstoffen
vitaminen - beschermendestoffen

Slide 23 - Slide

In welk onderdeel van de plantencel vindt fotosynthese plaats?

Slide 24 - Open question

Leg in je eigen woorden uit wat fotosynthese is.

Slide 25 - Open question

huiswerk morgen
Werkboek: maak opdracht 1 tm 7+ 10b 11, 12

Slide 26 - Slide

Leerdoel 4
Je kunt uitleggen hoe een dier/plant voorkomt dat ze opgegeten worden.
- Je gebruikt bij deze uitleg de begrippen camouflage, mimicry, bittere stoffen en brandharen.

Slide 27 - Slide

Waardoor worden organismen niet gegeten?
Camouflage: niet opvallen in de omgeving

Slide 28 - Slide

Waardoor worden organismen niet gegeten?
Mimicry: lijken op een ander 
(giftig) dier

Slide 29 - Slide

Planten
* bittere/giftige stoffen
* scherpe stekels
* brandharen

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Ik heb behoefte aan een contact moment met de docent omdat ik (nadat ik alles heb gedaan in de lesson-up) nog vragen heb.
A
ja
B
nee

Slide 33 - Quiz