lidwoorden _2B_2C

Leerdoelen:
- Ik ken de lidwoorden 'de / het' in het Duits.
- Ik kan de lidwoorden in het Duits op de juiste manier gebruiken.
Wie geht es dir?
timer
2:00
1 / 27
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Leerdoelen:
- Ik ken de lidwoorden 'de / het' in het Duits.
- Ik kan de lidwoorden in het Duits op de juiste manier gebruiken.
Wie geht es dir?
timer
2:00

Slide 1 - Slide

Even nadenken...
Wat weet jij nog over
de lidwoorden in het Duits: de / het
Geef antwoord in hele zinnen.

Slide 2 - Open question

        Spickzettel

Slide 3 - Slide

de / het

mannelijk
vrouwelijk
onzijdig 
meervoud

Slide 4 - Slide

de / het

mannelijk
vrouwelijk
onzijdig 
meervoud
die
das
der
die

Slide 5 - Slide

de / het

mannelijk
vrouwelijk
onzijdig 
meervoud

          dagen, maanden en seizoenen

          .......e  bijvoorbeeld Klasse, .....ung bijvoorbeeld Übung
die
das
der
die

Slide 6 - Slide

de / het

mannelijk                 dagen, maanden en seizoenen
vrouwelijk                 ......e, ......ung
onzijdig                     het   
meervoud

          
         
die
das
der
die
.......Bruder
......Haus
......Gruppe
.......Herbst
...Mädchen

Slide 7 - Slide

....Bruder
A
der
B
die
C
das

Slide 8 - Quiz

...August
A
der
B
die
C
das

Slide 9 - Quiz

... Haustier
A
der
B
die
C
das

Slide 10 - Quiz

... Samstag
der/die/das
4/5
A
der
B
die
C
das

Slide 11 - Quiz

... Zeitung
der/die/das
2/5
A
der
B
die
C
das

Slide 12 - Quiz

Welk lidwoord hebben alle dagen en maanden?
(...Montag, ... Februar)
der/die/das
2/8
A
der
B
die
C
das

Slide 13 - Quiz

... Arbeitsbuch
der/die/das
4/5
A
der
B
die
C
das

Slide 14 - Quiz

... Sommer
der/die/das
3/5
A
der
B
die
C
das

Slide 15 - Quiz

Alle "das" woorden zijn ...
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig
D
meervoud

Slide 16 - Quiz

... Klasse
der/die/das
1/5
A
der
B
die
C
das

Slide 17 - Quiz

Duitse mannelijke zelfstandige naamwoorden hebben als lidwoord:
der/die/das
1/5
A
der
B
die
C
das

Slide 18 - Quiz

... Großvater
der/die/das
3/5
A
der
B
die
C
das

Slide 19 - Quiz

Het lidwoord van Gruppe is
'die'
want:
A
Een groep bestaat altijd uit meer vrouwen
B
omdat je Gruppe met een hoofdletter schrijft.
C
Omdat Gruppe eindigt op de letter E
D
Omdat je de letter U als een OE uitspreekt in het Duits.

Slide 20 - Quiz

... Direktor
A
der
B
die
C
das

Slide 21 - Quiz

... Sonne
A
der
B
die
C
das

Slide 22 - Quiz

....Mädchen
A
der
B
das
C
die

Slide 23 - Quiz

Volgende week: 
SO    lidwoorden           Seite 79
         hoofdletters          Seite 87
         werkwoord sein   Seite 67

Hoe kun je dit leren/oefenen?

Wat als je 1 dag van te voren begint met leren?


Slide 24 - Slide

Wat heb jij vandaag geleerd over de lidwoorden in het Duits?
Geef antwoord in hele zinnen.

Slide 25 - Open question

Arbeitsblatt machen
Digitale methode oder Arbeitsbuch

Lektion 3.1    Seite 101
Aufgabe 3, 4, 5, 6, 7, 8
Fertig? Klaar? Lernen!

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide