This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Programma
Terugblikvragen (10 min.)
Video + vragen (10 min.)
Opdracht: Politieke stromingen en de sociale kwestie (20 min.)
Slide 2 - Slide
Lesdoelen
Je kunt de levensomstandigheden van arbeiders beschrijven en verklaren
Je begrijpt waarom de midden- en hogere klassen zich zorgen maakten over de sociale kwestie en je kunt uitleggen welke rol de overheid hierin speelde
Je weet welke groepen zich op politiek en maatschappelijk gebied inzetten voor de emancipatie van arbeiders en hoe zij dit deden.
Je kunt de positie die liberalen, socialisten en confessionelen in politieke en maatschappelijke kwesties innamen, benoemen en verklaren.
Slide 3 - Slide
Kenmerkende Aspecten
KA's:
Discussies over de sociale kwestie
Opkomst van de politiek-maatschappelijke stromingen: nationalisme, liberalisme, socialisme, confessionalisme, feminisme
De opkomst van emancipatiebewegingen
Slide 4 - Slide
Leg aan de hand van de bron uit wat de White Men’s burden is.
Slide 5 - Open question
Gebruik de bron In de beschrijving van Livingstone zijn motieven voor het modern imperialisme te herkennen. 12. Toon dit aan voor twee verschillende motieven voor het modern imperialisme, waarbij je je antwoord telkens ondersteunt met een verwijzing naar de bron. (4p)
Slide 6 - Open question
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
Opdracht: Politieke stromingen (rest van de les)
Lees 8.2 en eventuele relevante delen 8.3
Er zijn voor belangrijke stromingen die opkomen in de 19e eeuw.
Liberalisme
Socialisme
Confessionalisme
Feminisme
Op de volgende pagina zie je welke stroming jij gaat vertegenwoordigen
Maak de vragen op de volgende pagina's van deze lessonup, zoveel mogelijk vanuit het perspectief van jouw politieke stroming.
Let op! De volgende les voer je onderhandelingen over de sociale kwestie vanuit het perspectief van jouw stroming
Slide 9 - Slide
Verdeling Politieke stromingen
Begint je achternaam met een A t/m H, vertegenwoordig je het liberalisme
Begint je achternaam met een I t/m K, vertegenwoordig je het socialisme
Begint je achternaam met een L t/m Sti, vertegenwoordig je het confessionalisme
Begint je achternaam met een Sto t/m Z, vertegenwoordig je het Feminisme
Slide 10 - Slide
Geef minstens drie voorbeelden van de slechte werk- en leefomstandigheden van arbeiders in de fabrieken.
Slide 11 - Open question
Leg uit waarom het voor arbeiders zo moeilijk was om zich te verzetten tegen deze omstandigheden.
Slide 12 - Open question
Wat was vrijwel de enige manier voor arbeiders om zich wel te verzetten tegen de omstandigheden in de fabrieken?
A
Door zich te verenigen in vakbonden
B
Door in opstand te komen
C
Door vragen te stellen aan de overheid
D
Door te staken.
Slide 13 - Quiz
In de samenleving ontstond een discussie over de problemen van de arbeiders en hoe deze moesten worden opgelost. Hoe noemen we deze discussie?
A
Emancipatie
B
Socialisme
C
Sociale kwestie
D
Urbanisatie
Slide 14 - Quiz
Wat zijn de belangrijkste uitgangspunten/kenmerken van jouw stroming?
Slide 15 - Open question
In welke bevolkingsgroepen is jouw stroming vooral vertegenwoordigd?
Slide 16 - Open question
Welke visie had jouw stroming op de omstandigheden in de fabriek?
Slide 17 - Open question
Wat wilde jouw stroming precies doen aan de omstandigheden in de fabriek en waarom wilde jouw stroming dit doen?
Slide 18 - Open question
Hoe stond jouw stroming tegenover de uitbuitingen van het Moderne Imperialisme?
Slide 19 - Open question
Welke rol speelt jouw stroming in de huidige Nederlandse samenleving?
Slide 20 - Open question
Lesdoelen
Je kunt de levensomstandigheden van arbeiders beschrijven en verklaren
Je begrijpt waarom de midden- en hogere klassen zich zorgen maakten over de sociale kwestie en je kunt uitleggen welke rol de overheid hierin speelde
Je weet welke groepen zich op politiek en maatschappelijk gebied inzetten voor de emancipatie van arbeiders en hoe zij dit deden.
Je kunt de positie die liberalen, socialisten en confessionelen in politieke en maatschappelijke kwesties innamen, benoemen en verklaren.