Paragraaf 1 Spijt achteraf

Programma
Start nieuw hoofdstuk.
"Wikken en wegen" 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Programma
Start nieuw hoofdstuk.
"Wikken en wegen" 

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Aan het einde van deze les kunnen jullie uitleggen:
  • Hoe je een miskoop voorkomt.

Slide 2 - Slide

Invloed van je omgeving
  • Je omgeving heeft invloed op je keuzes.
  • Soms maak je een keuze omdat de mensen in je omgeving hetzelfde doen.
  • Je wil niet ”buiten de groep” vallen.
  • Dit gebeurt ook wanneer je consumeert.
  • Je koopt iets wat je eigenlijk niet wil.
  • Dit noem je een miskoop.
  • Je kan ook een miskoop doen omdat de omschrijving niet helder was.

Slide 3 - Slide

Miskoop
  • Je kan ook een miskoop doen omdat de omschrijving niet helder was.

Slide 4 - Slide

Welke miskoop heb jij ooit gedaan?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Video

Slide 7 - Slide

Er zijn drie categorieën merken
  • A-merk: relatief veel reclame, regelmatig innovaties (nieuwe producten) en is erg bekend. 
  • B-merk: maakt minder reclame, volgt innovaties van A-merken en de bekendheid is een stuk minder. 
  • Huismerk: dit is een merk van de winkel zelf. 

Slide 8 - Slide

Merken
  • A- merk (bekend)
  • B- merk (onbekend)
  • Huismerk (winkelmerk)

Slide 9 - Slide

Cola merken
Bij productbeleid zijn merken belangrijk.
   


  • A-merk: merk heeft goede naam, straalt kwaliteit uit.

  • B-merk: budgetmerk, goedkoper en minder bekend dan A-merk. Kwaliteit niet altijd minder.

  • Huismerk: merk van winkelketen. Wordt alleen in eigen winkels verkocht.





Slide 10 - Slide

Noem een voorbeeld van een:
A-merk
B-merk
Huiswerk

Slide 11 - Open question

Bedrijven en hun imago
  • Winkels staan op een bepaalde manier bekend.
  • Dit noem je hun imago. Dit kan positief of negatief zijn.
  • Imago: beeld dat het publiek van iets heeft.

Slide 12 - Slide

Kijken en kopen
  • Sommige producten kan je beter in een winkel kopen dan online.
  • Online kan je niet passen, niet ervaren hoe het product werkt.
  • Dit kan in het echt wel.
  • Andere producten zijn gunstiger om online te kopen, misschien goedkoper.

- Maar ook online word je genept!

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Slide

Huiswerk
Gemaakt paragraaf 4.1

Slide 16 - Slide