Thema 4, comparativus en superlativus

1 / 22
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Bedenk in het Nederlands een voorbeeld
van een vergrotende en overtreffende trap.

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Vertaal: οὐδεὶς ἐστι βελτίων ἤ τύραννος
(βελτίων = beter)

Slide 7 - Open question

Vertaal: οὐδεὶς ἐστι βελτίων τυράννου

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Vertaal: πότερος νεώτερος ἐστίν;
πότερος = wie van beide; νεός = jong

Slide 10 - Open question

Welke vertaling is niet juist?
Ὁ Πεισίστρατος βελτίων τύραννος ἦν
A
Peisistratos was een heel goede tiran.
B
Peisistratos was een tamelijk goede tiran.
C
Peisistratos was een nogal goede tiran.
D
Peisistratos was een al te goede tiran.

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Vertaal: Οἱ ἄριστοι ἐκ τῶν πολιτῶν εἰσιν
(ἄριστος = best; πολίτης = burger)

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Slide

Vertaal: σοφώτατοι εἰσιν

Slide 16 - Open question

Zoek een foto die past bij de volgende uitdrukking: ὡς τάχιστα

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Vertaal op 4 manieren:
σοφώτερος

Slide 20 - Open question

Vertaal op 2 manieren:
σοφώτατος

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide