Staal les 9 woordenschat, thema 'gek'

Mix en match
Abnormaal
Niet gewoon, niet normaal
timer
5:00
Klaar?
Kom 10 nieuwe woorden halen
1 / 17
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Mix en match
Abnormaal
Niet gewoon, niet normaal
timer
5:00
Klaar?
Kom 10 nieuwe woorden halen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

absurd
zo gek dat je het bijna niet kunt geloven.
merkwaardig
vreemd, raar.
misleiden
dingen die niet kloppen, dingen die niet waar zijn.
wonderlijk
heel vreemd en bijzonder
het gekkenwerk
een moeilijke klus. vaak is het heel precies werk. het is bijna niet te doen.
niet goed snik
gek, niet goed bij je hoofd.
de nonsens
de onzin, iets dat niet waar is.
onnozel
een beetje dom.
onzinnig
niet waar, raar.
verwonderen
je heel erg verbazen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

abnormaal
niet gewoon, niet normaal.
apart
anders, bijzonder.
foppen
voor de gek houden.
mal
gek, zot.
zich verbazen
iets heel gek vinden, het is anders dan je dacht.
zot
gek, mal.
geloofwaardig
het kan best waar zijn, maar je weet het niet zeker.
de gewoonte
iets altijd op een bepaalde manier doen.
de humor
iemand met humor maakt veel grappen of hij snapt andere grapjes wel.
waanzinnig
heel gek en bijzonder

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Zoek de valse

Slide 4 - Slide

This item has no instructions


Welk woord hoort er niet bij?
A
Abnormaal
B
Zot
C
Mal
D
Geloofwaardig

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions


Welk woord hoort er niet bij?
A
Foppen
B
Het gekkenwerk
C
Misleiden

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions


Welk woord hoort er niet bij?
A
Zich verbazen
B
Verwonderen
C
Merkwaardig

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions


Welk woord hoort er niet bij?
A
Apart
B
De nonsens
C
Onzinnig

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Zoek de juiste

Slide 9 - Slide

This item has no instructions


In je eentje naar oma op de fiets?
Dat is een ............... plan.
A
waanzinnig Ga op je stoel staan
B
onzinnig Ga op de grond zitten

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Dat gaat nergens over.
Het is ...............
A
geloofwaardig Doe jumping jacks
B
nonsens Doe squads

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Wat een goede grap!
Je hebt me helemaal ...............
A
gefopt Ga op één been staan
B
verbaasd Zwaai met je armen

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Eet Johan elke ochtend een hamburger?
Wat een gekke ...............
A
verwondering Ga joggen op je plaats
B
gewoonte Ga springen op je plaats

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Ga je in je eentje die berg beklimmen?
Dan ben je echt ...............
A
misleid Ga knie heffen
B
niet goed snik Ga hakken billen

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Lisa zegt: 'In het donker komen er enge spoken.
'Dat is nonsens', zegt opa.
A
Spoken bestaan niet Doe de borstcrawl
B
Lisa mag met een lampje aan slapen Doe de rugcrawl

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions


Wat is een gewoonte?
A
Elke morgen je tandenpoetsen
B
Altijd eerst een boterham met jam eten
C
Soms lopend naar school gaan en soms met de auto

Slide 16 - Quiz

De gewoonte:
Iets altijd op een bepaalde manier doen.

Elke morgen je tandenpoetsen.

Altijd eerst een boterham met jam eten.

Soms lopend naar school gaan en soms met de auto.

Gewoonte

Gewoonte

Geen
gewoonte
timer
1:00

Slide 17 - Slide

This item has no instructions