G1b - Filosofen

G1b - Filosofen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

G1b - Filosofen

Slide 1 - Slide

Wat was de beroemde filosofie van Socrates?
A
Je kent de wereld pas als je jezelf kent.
B
De ziel is onsterfelijk en leeft verder in een andere wereld.
C
Met logisch nadenken kom je tot de juiste conclusie.
D
Het bovennatuurlijke kan niet alle ziektes verklaren.

Slide 2 - Quiz

Wat was een bekende uitspraak van Socrates?
A
"Ik weet slechts één ding, en dat is dat ik niets weet."
B
"Ik weet slechts één ding, en dat is dat ik het meeste weet van iedereen."

Slide 3 - Quiz

Hoe is Socrates gestorven?
A
Door het drinken van de gifbeker
B
Door een auto-ongeluk
C
Door een hartaanval
D
Door ouderdom

Slide 4 - Quiz

Wie waren de twee leerlingen van Socrates?
A
Spinoza en Aristoteles
B
Aristoteles en Plato
C
Spinoza en Kant
D
Plato en Spinoza

Slide 5 - Quiz

Wat was een bekende uitspraak van Plato?
A
‘Het begin is het belangrijkste van elk werk.’
B
‘Het enige wat je met liegen bereikt, is dat je niet geloofd wordt als je de waarheid spreekt.’
C
‘Als je vreugde wilt vermenigvuldigen, moet je het delen.’
D
‘Twee dingen moet je doen bij zieken: proberen beter te maken, maar in ieder geval niet erger.’

Slide 6 - Quiz

Wat was volgens Plato de beste manier om een polis te besturen?
A
Het volk moest mee beslissen.
B
Een filosofenkoning als heerser moest de beslissingen nemen.
C
De wijze mannen van de polis, de filosofen, moesten de beslissingen nemen.
D
Er moest een bestuur zijn met volksvertegenwoordigers.

Slide 7 - Quiz

Wat was een bekende uitspraak van Aristoteles?
A
‘Het begin is het belangrijkste van elk werk.’
B
‘Het enige wat je met liegen bereikt, is dat je niet geloofd wordt als je de waarheid spreekt.’
C
‘Als je vreugde wilt vermenigvuldigen, moet je het delen.’
D
‘Twee dingen moet je doen bij zieken: proberen beter te maken, maar in ieder geval niet erger.’

Slide 8 - Quiz

Hoe heet deze manier van denken?
Als: Alle vogels eieren leggen.
En: Een kip een vogel is.
Dan: Legt een kip eieren.

Slide 9 - Open question

Er waren drie grote filosofen: Plato, Aristoteles en Socrates. Verbind de filosoof met de juiste uitspraak.
Socrates 
Plato
Aristoteles
Zorgvuldig kijken en dan conclusies trekken
Op zoek naar de waarheid
Af vragen hoe je het beste tot ware kennis komt

Slide 10 - Drag question

Wat was een bekende uitspraak van Hippocrates?
A
‘Het begin is het belangrijkste van elk werk.’
B
‘Het enige wat je met liegen bereikt, is dat je niet geloofd wordt als je de waarheid spreekt.’
C
‘Als je vreugde wilt vermenigvuldigen, moet je het delen.’
D
‘Twee dingen moet je doen bij zieken: proberen beter te maken, maar in ieder geval niet erger.’

Slide 11 - Quiz

Wat stelde Hippocrates vast?
A
Dat je door goden ziek kon worden
B
Dat sappen je ziek maakten
C
Dat goden niet bestaan
D
Dat de goden niet schuld waren aan ziektes

Slide 12 - Quiz

Wat staat er in de Eed van Hippocrates?
A
Artsen moeten zieken helpen en geheimen bewaren
B
Artsen moeten vriendelijk zijn en een goede hygiëne hebben
C
Artsen moeten verplicht bij studeren en veel overleggen
D
Artsen moeten mensen met respect behandelen en de goede medicijnen voorschrijven.

Slide 13 - Quiz

Wat was een bekende uitspraak van Pythagoras?
A
‘Het begin is het belangrijkste van elk werk.’
B
‘Het enige wat je met liegen bereikt, is dat je niet geloofd wordt als je de waarheid spreekt.’
C
‘Als je vreugde wilt vermenigvuldigen, moet je het delen.’
D
‘Twee dingen moet je doen bij zieken: proberen beter te maken, maar in ieder geval niet erger.’

Slide 14 - Quiz


De stelling van Pythagoras is ...
A
AB²+AC²=BC²
B
BC²+ AC² = AB²
C
AB²+BC²=AC²
D
Geen idee

Slide 15 - Quiz