Herhaling grondrechten: quiz

Staatsinrichting 
van Nederland

grondrechten
1 / 40
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Staatsinrichting 
van Nederland

grondrechten

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Aan het einde van de les ken je de taken en bevoegdheden van het parlement. Daarnaast weet je wat de klassieke en sociale grondrechten zijn. 

Slide 2 - Slide

De Tweede Kamer heeft twee taken: de controlerende en de wetgevende.  Geef aan bij welke taak van de Tweede Kamer elk recht hoort. 
Controlerende taak
Wetgevende taak
Recht van initiatief
Recht van enquete
Recht van amendement
Recht van budget

Slide 3 - Drag question

timer
2:00
betoging
Pacificatie
drukpers
gezondheidszorg
interpellatie
rechtsbijstand

Slide 4 - Drag question

Combineer
Bescherming tegen de overheid
Bescherming door de overheid
Macht in Nederland is gescheiden in een wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht
Klassieke grondrechten
Sociale grondrechten
Trias politica

Slide 5 - Drag question

Wat gaan we doen?
  • Herhalen van paragraaf 4: quiz time

Slide 6 - Slide

Controlerende taken
  • Recht van budget
  • recht van interpellatie
  • recht van enquete
  • recht om een wet goed of af te keuren

In de 1e en 2e kamer

Slide 7 - Slide

Wetgevende taken
  • Wet goed of afkeuren (1e en 2e kamer)
  • recht van initiatief (2e kamer)
  • recht van amendement (2e kamer)

Slide 8 - Slide

Recht van initiatief is een wetgevende taak van de Tweede Kamer
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Recht van interpellatie is een controlerende taak van het parlement
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Recht van amendement betekent dat je als Tweede Kamerlid een wetsvoorstel mag aanpassen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Recht van budget betekent dat je als lid van het parlement de begroting van ministerie kan afkeuren
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 12 - Quiz

Recht van Enquete is een controlerende taak van het parlement
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 13 - Quiz


Klassieke grondrechten


  • Beschermen ons tegen de overheid 
  • Geven ons rechten tegen een te machtige overheid

  • Staan sinds 1848 in de Grondwet 
  • Klassiek betekent: 'iets van vroeger, maar niet verouderd'

Slide 14 - Slide


bijvoorbeeld:

  • Artikel 1: Anti-discriminatie artikel

  • Artikel 2: Wie is Nederlander?

  • Artikel 4: Kiesrecht

  • Artikel 7: Vrijheid van meningsuiting

  • Artikel 8: Recht op vereniging

  • Artikel 9: Recht op vergadering

  • Artikel 10: Onaantastbaarheid van de persoonlijke levenssfeer

  • Artikel 11: Onaantastbaarheid van het lichaam

  • Artikel 13: Briefgeheim

Slide 15 - Slide


Sociale grondrechten



  • Plichten van de overheid: bescherming door de overheid
  • zorgen voor een goed bestaan


  • Zijn pas later (1983) in de Grondwet opgenomen, hoewel ze al eerder bestonden.

Slide 16 - Slide


bijvoorbeeld:



  • Recht op veilig bestaan

  • Recht op onderwijs

  • Recht op gezondheidszorg

  • Recht op woongelegenheid

  • Recht op bewoonbaar gebied

  • Recht op rechtsbijstand

  • Recht op werk

Slide 17 - Slide

Welke rechten zijn grondrechten?

Sleep de juiste zinnen naar de grondwet.
Het recht om een stuk grond te bezitten, zoals een tuin of een akker.
Het recht om elke zaterdag vijf euro zakgeld te ontvangen.
Het recht op onderwijs.
Het recht om te geloven wat je wilt.
Het recht op een leven in vrijheid.

Slide 18 - Drag question

Klassieke grondrechten zijn gemaakt in ...
A
1848
B
1983

Slide 19 - Quiz

Sociale grondrechten beschermen je tegen een machtige overheid
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Recht op werk is een klassiek grondrecht
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Welke grondrechten zie jij op de afbeelding?

Slide 22 - Open question

Orden onderstaande grondrechten.
Klassieke grondrechten
sociale grondrechten
Vrijheid van meningsuiting
Recht op werk
recht op gelijke behandeling
recht op bewoonbaarland
recht op gezondheidszorg
godsdienstvrijheid

Slide 23 - Drag question

Hieronder staan vier omschrijvingen van grondrechten in Nederland.

Welke twee grondrechten werden in 1983 voor het eerst in de Grondwet opgenomen?
Voor het eerst in de Grondwet van 1983 opgenomen.
De overheid heeft als taak om voor voldoende werk te zorgen voor
iedereen die kan werken.
Iedereen heeft recht op rechtsbijstand.
Iedereen is vrij om zijn godsdienst of levensovertuiging te kiezen.
Je mag zeggen en schrijven wat je denkt, zonder daar eerst
toestemming voor te vragen.

Slide 24 - Drag question

In 1941 kwam er een nieuwe wet in Nederland, die het recht op vrijheid van vereniging schond. De Duitse bezetter mocht voortaan voetbalclubs opheffen, het bestuur veranderen en het geld van deze clubs in beslag nemen. Ook moesten de clubs hun clubblad laten controleren door de bezetter.

Maak de invulopdracht kloppend door telkens een keuze te maken.

1 Het grondrecht dat door deze wet geschonden werd, is een                                  grondrecht.

  kies uit:


2 Het controleren van het clubblad is een voorbeeld van                               .

   kies uit: 


3 Nederland was in 1941                                 een rechtsstaat.


  kies uit:


???
???
???
censuur
propaganda
wel
niet
klassiek
sociaal

Slide 25 - Drag question

Welke rechten zijn kenmerken van een rechtsstaat?

Sleep de juiste zinnen naar de de afbeelding
De minister-president bepaalt welke straf een crimineel krijgt
de minister-president staat boven de wet
Alle burgers zijn voor de wet gelijk
Rechters zijn onafhankelijk en moeten zich net als bestuurders aan de wet houden
Je kan alleen straf krijgen voor iets wat volgens de wet strafbaar is

Slide 26 - Drag question

Afronding

Slide 27 - Slide


Taken van het parlement

Slide 28 - Slide

De Tweede Kamer heeft twee taken: de controlerende en de wetgevende.  
Geef aan bij welke taak van de Tweede Kamer elk recht hoort. 
Stemrecht
Controlerende taak
Wetgevende taak
Recht van initiatief
Recht van interpellatie
Recht van amendement
Recht van enquete
Budgetrecht
motierecht
Vragenrecht

Slide 29 - Drag question

Wat is een controlerende taak van het parlement
A
recht van initiatief
B
recht van amendement
C
recht van interpellatie

Slide 30 - Quiz

Wat is een wetgevende taak van het parlement?
A
recht van budget
B
recht van initatief
C
recht op een motie
D
recht van enquete

Slide 31 - Quiz

Wat hoort niet bij de trias politica
A
Rechterlijke macht
B
uitvoerende macht
C
wetgevende macht
D
controleren de macht

Slide 32 - Quiz

Trias Politica
(Driemachtenleer)











Slide 33 - Slide

Klassieke grondrechten beschermen je voor de overheid
A
waar
B
niet waar

Slide 34 - Quiz

Sociale grondrechten geven je bescherming door de overheid
A
waar
B
niet waar

Slide 35 - Quiz

Wanneer zijn sociale grondrechten opgenomen in de grondwet?
A
1848
B
1917
C
1919
D
1983

Slide 36 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een klassiek grondrecht
A
recht op onderwijs
B
recht op bestaanszekerheid
C
vrijheid van vereniging
D
recht op gezondheidszorg

Slide 37 - Quiz

Wat is een sociaal grondrecht
A
vrijheid van meningsuiting
B
recht op demonstratie
C
briefgeheim
D
recht op woonruimte

Slide 38 - Quiz

Begrippen uit deze les

  • controlerende taak
  • wetgevende taak
  • Recht van budget
  • Recht van enquête 
  • Vragenrecht
  • Motierecht
  • Recht van interpellatie 
  • Recht van amendement 
  • Recht van initiatief 
  • klassieke en sociale grondrechten

Slide 39 - Slide

huiswerk:



Huiswerk:

Werken aan paragraaf 4

Let op!


Slide 40 - Slide