Thema 2: het verteringsstelsel

Thema 2: het verteringsstelsel
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, gLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Thema 2: het verteringsstelsel

Slide 1 - Slide

Overzicht
1. Herhaling/vragen voedingsstoffen
2. het verteringsstelsel
3. Aan de slag

Slide 2 - Slide

Vragen?

Slide 3 - Slide

Waarom is het een goed idee een fruitmand voor een zieke te kopen
A
Er zit brandstof in
B
Er zit bouwstof in
C
Er zit beschermende stof in
D
Er zit reservestof in

Slide 4 - Quiz

Iemand gaat vasten, welke functie van voedingsstoffen zorgt dat deze persoon toch kan leven?
A
Brandstof
B
Bouwstof
C
Beschermende stof
D
Reservestof

Slide 5 - Quiz

Verteringsstelsel

Slide 6 - Slide

Leerdoelen
1. Ik kan de functie van vertering, verteringssappen en enzymen
2. Ik ken de delen van mijn gebit
3. Ik weet hoe darmperistaltiek werkt

Slide 7 - Slide

Het verteringsstelsel
Het verteringsstelsel bestaat uit alle organen en klieren die helpen bij verteren
Het voedsel gaat via mond, slokdarm, maag, twaalfvingerige darm, dunne darm, dikke darm en endeldarm, de anus weer uit
Ondertussen wordt het voedsel verteerd

Slide 8 - Slide

Verteren
Verteren is het kleiner maken van voedingsstoffen tot het klein genoeg is om te worden opgenomen in de darmen
Sommige voedingsstoffen, vooral vitamines en mineralen, zijn al klein genoeg

Slide 9 - Slide

Vertering
Verteren gebeurd met behulp van verteringssappen
In verteringssappen zitten enzymen
Enzymen versnellen het verkleinen van voedingsstoffen

Slide 10 - Slide

Gebit
Een volwassen gebit bestaat uit 28 tot en met 32 tanden
8 snijtanden
4 hoektanden
16 tot en met 20 kiezen
De functie is de oppervlakte van het voedsel vergroten

Slide 11 - Slide

Zet de volgende organen in de juiste volgorde. Anus, dunne darm, dikke darm, endeldarm, maag, mond, slokdarm en twaalfvingerige darm

Slide 12 - Open question

Noteer hoe enzymen werken

Slide 13 - Open question

Los van dat tanden getrokken of eruit geslagen kunnen worden, heeft niet iedereen alle tanden. Welke tand heeft niet iedereen?
A
Snijtanden
B
Hoektanden
C
Kleine Kies
D
Verstandskies

Slide 14 - Quiz

Vragen?

Slide 15 - Slide

Ik snap de lesstof
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Wat kan nog beter tijdens de lessonup lessen?

Slide 17 - Open question